Nederduitsch taalkundig woordenboek. P-R. S(1807-1810)–P. Weiland– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [Secretariaat] SECRETARIAAT, z.n., o., des secretariaats, of van het secretariaat; meerv. secretariaten. Verkleinw. secretariaatje. Het ambt van eenen secretaris: hij verzoekt om een secretariaat. Van het fr. secretariat. Vorige Volgende