reeds in den Staten Bijbel door verschrikken vervangen; even als die van het onzijd. schrikken door verschrikt worden, en die van schrik door verschrikking; zie schrik. Eindelijk geeft Kil. aan schrikken de beteekenis van schrijden, en die van met geschrankte beenen loopen. Ja zijne aanteekening, dat men den naam van schrikschoenen in het vlaamsch aan schaatsen gaf, bewijst, dat schrikken oulings, evenzeer als schrankelbeenen, en schrankelen, voor schaatsrijden gebruikelijk moet zijn geweest. Van hier schrikkelijk, enz. Zamenstell.: schrikkeldag, schrikkeljaar, schrikkelmaand. Afschrikken, verschrikken, enz., onverschrokken, enz.
Schrikken, hoogd. schrecken, is eigenlijk hetzelfde als het hoogd. schricken, ital. scricchiare, cricchiare, en criccare, fr. craquer, eng. crack, aan stukken springen, en, evenzeer als het stamwoord schrik, klanknabootsend.