voordeel, dat men op eene soortgelijke wijze, voor anderen, die insgelijks daarnaar dingen, wegneemt: dien prijs der overhant uit der hant te werpen. Hooft. Eenen prijs uit de loterij trekken. Eenen prijs op iemands leven stellen, eene belooning uitloven aan den genen, die hem vermoorden zal. Iemands hoofd op prijs stellen. Eindelijk, een woordelijk eerbewijs voor eenig goed bedrijf, of eenige goede hoedanigheid, eene vermelding van iemands roem, eene loftuiting: men zing op allerhande wijs des overwinnaars lof en prijs. Van hier prijzen. Zamenstell.: prijsmeester, prijsschip, prijsverhandeling, prijsvraag, prijswaardig, enz.
Prijs, hoogd. preis en prise, fr. prise en prix, eng. prize en praise, sp. prez en presa, ital. presa, stamt af van het lat. prendere, nemen, vatten.