[Niet]
NIET, z.n., o., des niets, of van het niet; zonder meerv. Bloem van koper, een geneesmiddel voor de oogen, eene witte zelfstandigheid, die, bij het smelten van dat metaal, in de hoogte stijgt. Niet is in d' ooghen goed. Kil. De grieksche naam is onochytis, waaruit, volgens Frisch, dit woord ontstaan zal zijn.