[Lucht]
LUCHT, luft, oul. en nog, in sommige oorden des Vaderlands, voor linker: ter luchter side. Byb. 1477. Hooft zegt: onder zijn' lufter zijde. In Gelderland zegt men somtijds: de luchterhand; welk reeds in den Byb. 1477 voorkomt: ter rechter noch ter luchterhand.