Nederduitsch taalkundig woordenboek. E-H. I-L
(1802-1803)–P. Weiland– Auteursrechtvrij
[pagina 692]
| |
libbestok, libbestik, lubbestik, hoogd. liebstöckel, uit het latere latijn levesticum, van het gr. λιβυςιϰον. De regte naam is, bij Dioscorides, λιγυςιϰον, omdat, naar Plinius, de plant uit Ligurie kwam, waar zij in overvloed groeide. |
|