[Lastaadje]
LASTAADJE, z.n., vr., der, of van de lastaadje; meerv. lastaadjen. Benoeming van eene plaats, waar men waren in schepen laden en lossen kan: onlust om de lastaadje. Hooft. Aan den oever van 't Y, die de lastaadje genaamt werd. Hooft. Voords eene plaats, waar men schuren kan opslaan; ook eene scheepstimmerwerf. Zw. lastage, uit het middeleeuw. lastadium, lastagium, ballast, vracht.