[Lamprei]
LAMPREI, (ook lampreel) z.n., vr., der, of van de lamprei; meerv. lampreijen. Een jong konijn: trekje heen, om lampreij en knijn in duin? Vond. Verkleinw. lampreitje. Bij Kil. lampraes, lampreel, fr. lapreau. Lampe is een oude hoogd. naam voor eenen haas, in het fabelachtige rijk der dieren. Misschien van het brittan. lamma, springen, eene eigenschap van hazen en konijnen.