Nederduitsch taalkundig woordenboek. E-H. I-L
(1802-1803)–P. Weiland– Auteursrechtvrij
[pagina 536]
| |
All' volxken knap ter hand. J. de Deck. Zij is eene knappe meid. Knapjes. Zamenstell.: knaphandig, vaardig, knaphandigheid, knaphandiglijk. |
|