[Hunnebed]
HUNNEBED, zelfst. naamw., o., meest in het meerv. gebruikt, hunnebedden. Zoo worden de groote steenhoopen genoemd, die in het landschap Drenth, inzonderheid tusschen Geelmuiden en Coevorden, nog heden gevonden worden. Men gist, dat zij enkel gestrekt hebben tot begraafplaatsen der oudste Volken dezer Landen, naardien, in de oude friessche taal, hunne een lijk beteekent; gelijk in Groningen de waden, of doodkleeden, hunnekleeden genoemd worden; zijnde het, bij de oudste noordsche Volken gebruikelijk geweest, de dooden, en inzonderheid voorname mannen, onder zekere heuvelen, of bergjes, te begraven.