ὁριζων. In de gemeenzame taal zegt men: dat gaat boven mijnen horizon, voor: dat gaat boven mijne bevatting. Doch J. Lublink merkt hierbij aan, dat dit verkeerd gezegd is, dewijl wij datgeen, welk boven onzen gezigteinder is, zien, maar niet wat nog beneden de kimmen, en dus nog niet binnen het bereik van ons gezigt is; en stelt daarom voor: dit, of dat, is beneden mijnen horizon.