[Hoedanig]
HOEDANIG, hoedanige, vragend voornaamw., hetzelfde als: wat voor een. Hoedanige man is u verschenen? Hoedanige vrouw sprak met u? Hoedanig kind is het? Men voegt er ook het lidwoord een, eene, achter; in welke zamenvoeging hoedanig onverbogen blijft: hoedanig een man is hij? Hoedanig eene vrouw hebt gij? Men gebruikt het ook bij eene verwonderende bevestiging: hoedanig een is deze, dat hem de winden en de zee gehoorzaam zijn! Ook staat het in eenen verhalenden zin geplaatst: hij berigtte, hoedanig het land was. Somtijds heeft het de beteekenis van zoodanig als: gij treft er gebouwen aan, hoedanigen in andere landen niet ligt gezien worden. Van hier hoedanigheid.