Nederduitsch taalkundig woordenboek. E-H. I-L(1802-1803)–P. Weiland– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [Eren] EREN, basterduitgang van sommige werkwoorden, van het fransche of walsche er ontleend, zijnde de klank der e in dit eren zacht-lang, welke ook den klemtoon ontvangt, als hoereren, redeneren, schofferen, waarderen, enz. Vorige Volgende