Nederduitsch taalkundig woordenboek. A. B, C, D(1799-1801)–P. Weiland– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 551] [p. 551] [Doorbersten] DOORBERSTEN, onzijd. w., ongelijkvl. Van het scheidb. voorz. door en bersten: ik borst door, ben doorgeborsten. Aan stukken bersten. Vorige Volgende