Nederduitsch taalkundig woordenboek. A. B, C, D(1799-1801)–P. Weiland– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 528] [p. 528] [Dienaangaande] DIENAANGAANDE, bijw. Van het voornaamw. die en aangaande. Wat die zaak betreft. Vorige Volgende