Nederduitsch taalkundig woordenboek. A. B, C, D
(1799-1801)–P. Weiland– Auteursrechtvrij
[pagina 366]
| |
deelte van iets afsnijden: een kind besnijden - een besnedene. Van hier ook besnijdenis, besnijding. |
|
[pagina 366]
| |
deelte van iets afsnijden: een kind besnijden - een besnedene. Van hier ook besnijdenis, besnijding. |
|