[Bereids]
BEREIDS, bijw., alreede, reeds: het is bereids geschied. Dit bijw. behoort tot het verled. deelw. bereid. Ulphilas gebruikt reeds raihtis, waarmede het angels. rah, eng. already, zweed. redan, en ons reeds overeenkomt. Albereids, voor bereids, is eene onnoodige verlenging.