Nederduitsch taalkundig woordenboek. A. B, C, D(1799-1801)–P. Weiland– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [Beenderhuis] BEENDERHUIS, z.n., o., van het beenderhuis; meerv. beenderhuizen. Eene bewaarplaats van de beenderen der lijken, op, of bij de kerkhoven - knekelhuis. Vorige Volgende