[Atlas]
ATLAS, z.n., m., van den atlas; meerv. atlassen. Een woord, waartoe de verdichte geschiedenis van den ouden Koning Atlas, in Afrika, aanleiding gegeven heeft, en welk tegenwoordig nog, in de aardrijksbeschrijving, voor eene verzameling van landkaarten, gebruikt wordt; eene benaming, welke Gerh. Mercator, een bekende aardrijksbeschrijver der zestiende eeuw, ingevoerd heeft, die zijn aardrijkskundig zamenstel, het eerst, zijnen atlas noemde. Ook draagt zekere berg, in Afrika, dezen naam: van den hemelhoogen atlas. Vond. Van den boven genoemden Koning Atlas heeft ook de atlantische zee haren naam bekomen.