[Ademtogt]
ADEMTOGT, (ook aamtogt) z.n., m., des ademtogts, of van den ademtogt; meerv. ademtogten. Van adem en togt. Het in- en uitademen van de lucht, door middel der long - ook de lucht zelve, welke men in- en uitademt: de kamer was vol van ademtogten.