Vaderlandsche historie. Deel 9
(1753)–Jan Wagenaar– AuteursrechtvrijXXXIV.
| |
[pagina 356]
| |
by Prinse Maurits en by den Advokaat, gehouden werdt zeer te hellen over de Spaansche zyde, schoon hy 't styf en sterk ontkendeGa naar voetnoot(p), toonde groote genegenheid tot dit HuwelykGa naar voetnoot(q); gelyk wy reeds elders hebben aangemerkt. Doch 't bleek, eindelyk, dat de Spanjaards, in Engeland, met het zelfde inzigt, als in Frankryk, van dit Huwelyk gesproken hadden. Zy zogten Koning Jakob geheellyk af te trekken van de zyde der Staaten, en hun gezant spilde, zo men vernam, veel gelds onder de Engelsche Hovelingen, om zyns Konings oogmerk te bevorderenGa naar voetnoot(r): 't welk hem egter niet naar genoegen gelukte. Ga naar margenoot+ Maar Koning Jakob, om de Spaansche Huwelykshandeling aan 't Fransche Hofte dwarsboomen, deedt aan Koning Henrik ook voorslagen van een dubbel Huwelyk, tusschen de wederzydsche Koningklyke kinderen. Doch zy vonden geheel geenen ingang, in FrankrykGa naar voetnoot(s). Alle deeze Huwelykshandelingen schynen gelegenheid gegeven te hebben tot een gerugt, dat Koning Jakob ook voorhadt, zyne oudste Dogter aan Prinse Maurits te besteeden, zo deeze kans zag, om de volstrekte heerschappy over Holland en 't gene 'er toe behoorde te bekomenGa naar voetnoot(t). Doch dit ge- | |
[pagina 357]
| |
rugt werdt, in 't gemeen, als ongegrond, verworpen. |
|