Vaderlandsche historie. Deel 9
(1753)–Jan Wagenaar– AuteursrechtvrijIV.
| |
[pagina 148]
| |
handel in Indie te vestigen, en tegen den Spanjaard te beschermen. Alle deeze en andere redenen hadden de Staaten der Vereenigde Nederlanden doen besluiten, om alle de byzondere Oostindische Maatschappyen tot eene algemeene te vereenigen, die eenentwintig jaaren agtereen, alleen vryheid hebben, zou, om, beoosten de Kaap de goede Hoop en door de Straat vanGa naar margenoot+ Magellaan, te, vaaren. 't Oktroi voor deeze nieuwe Maatschappye was, op den twintigsten van Lentemaand deezes jaars getekend, en verder van deezen inhoud: ‘De Kamer van Amsterdam zou de helft hebben in de gantsche Maatschappy: de Kamer van Zeeland een, vierde, de Kamers op de Maaze, dat is, te Delft en te Rotterdam, en in't Noorderkwartier, dat is, te Hoorn en te Enkhuizen, ieder een zestiende. Alle de Kamers zouden bestierd worden, door de toenmaals dienende Bewindhebbers, die nogtans uitsterven zouden, te Amsterdam, op twintig, in Zeeland, op twaalf, en in ieder der andere vier Kamers, op zeven Persoonen. Tot vervulling eener, opengevallen' Bewindhebbers Plaatse, zouden de overige Bewindhebbers een drietal benoemen, waaruit de Staaten van 't. Gewest de verkiezing zouden doen. Zy moesten, ten minste, voor duizend ponden Vlaams, aandeel hebben in de Maatschappye, uitgenomen te Hoorn en te Enkhuizen, daar zy met vyfhonderd ponden volstaan konden. De algemeene Vergadering dee- | |
[pagina 149]
| |
zer Kameren zou uit zeventien Bewindhebbers bestaan, agt wegens Amsterdam, vier wegens Zeeland, twee van de Maaze, en twee uit het Noorderkwartier, zullende den zeventienden daarby, beurtelings, gevoegd worden, door de Kamers in Zeeland, op de Maaze en in 't Noorderkwartier: welke Vergadering zes jaaren te Amsterdam, en twee jaaren in Zeeland zou gehouden worden. De schepen zouden altoos moeten t'huis komen ter plaatse, daar zy uitgevaaren waren. Alle de Ingezetenen deezer Landen kreegen regt, om, binnen zekeren ryd, deel in deeze Maatschappy te neemen. En zulke Gewesten of Steden, die'er vyftigduizend guldens of meer aandeels in hadden, mogten eenen Agent stellen, vom hunne belangen gade te slaan. De Maatschappy mogt verbonden maaken met de Indische Mogendheden, op den naam van de algemeene Staaten der Vereenigde Nederlanden, of van de hooge Overheden derzelven, Sterkten bouwen en Bevelhebbers en krygsvolk aanneemen, mids zy den Staaten of hooge Overheid en der Maatschappye eed deeden. Men zou geene schepen, geschut, noch ander Krygsgereedschap van de Maatschappy, ten dienste van den Lande, gebruiken, dan met derzelver bewilliging. Van de pryzen, die de Maatschappy op den vyand veroverde, zou de Admiraliteit haare geregtigheid genieten. De Bewindhebbers zouden, in hunne persoonen noch goe- | |
[pagina 150]
| |
deren, mogen bekommerd worden, om de schulden der Maatschappye. De Generaals der t' huis komende Vlooten moesten den Staaten verslag doen van den slaat van Indie. Tot eene erkentenis van die Oktroi, zou de Maatschappy den Landen voldoen vyfentvintigduizend guldens eens, die de Staaten inleiden, in de uirteeding der eerste tien jaaren, op gelyk gevaar, als de andere deelgenootenGa naar voetnoot(q).’ De hoofdsom, die in deeze Maatschappy werdt ingelegd, wordt van de meesten op omtrent zesenzeslig tonnen schats berekend. Doch sommigen melden, dat zy, negentig jaaren na deezen tyd, met eene kleine vermindering, op vierenzestighonderd veertig duizen den tweehonderd guldens gebragt werdt. Van de vereeniging der byzondere Maatschappyen werdt, tersrond, berigt gezonden aan derzelver schepen in Indie, die 'er, in Lentemaand des volgenden jaars, eerst kennis van kreegenGa naar margenoot+Ga naar voetnoot(r). Ondertusschen, hadt de vereenigde Maatschappy, nog inditjaar, eene Vloot gen der van veertien schepen in zee gebragt, over welke Wybrand van Warwyk, als Admiraal, geboodtGa naar voetnoot(s): waarop, tegen 't einde des jaars 1603, gevolgd zyn derrien schepen, onder 't beleid van Steven van der Hagen. De uitrusting deezer twee Vlooten hadt meer dan twee-entwintig tonnen schats ge- | |
[pagina 151]
| |
koftGa naar voetnoot(t). Wy zullen, in 't vervo]g, verslag doen van haare verrigtingen in Indie, en ook, van tyd tot tyd, van den verderen voortgang der algemeene Oostindische. Maatschappye. |
|