Vaderlandsche historie. Deel 7
(1752)–Jan Wagenaar– AuteursrechtvrijXVII. Aanslag tegen het leeven van Anjou en Oranje ontdekt.In Hooimaand te vooren, terwyl Anjou en Oranje zig te Brugge onthielden, was 'er wederom een boos opzet tegen hen beide, en tegen gantsch Frankryk, ontdekt, waarvan wy de omstandigheden kortelyk ontvouwen moeten. Nikolaas Salseda, Zoon van Pieter Salseda, die, op de Parysche Bruiloft, om 't voeren der wapenen tegen die van Guize, omgebragt was, hadt, eenigen tyd geleeden, te Rouan, van valsche munt betigt geweest zynde, vergiffenis verworven van den Koning van Frankryk, door voorbede des Hertogs van Lotharingen, wiens zyde hy, na 't omkomen zyns Vaders, gevolgd hadt. Deez' begeeft zig naar den Prinse van Parma, en toen naar den Hertoge van Anjou, dien hy zynen dienst aanbiedt, om een braaf Regement knegten te werven. Anjou laat | |
[pagina 459]
| |
zig met hem in, niet konnende vermoeden, dat iemant, wiens Vader door die van Guize van kant geholpen was, iets, ten voordeele van dit Huis, zou willen onderneemen. Maar Oranje kreeg een schalk oog op den valschen munter, en ontdekte haast, dat hy verstand gehouden hadt met Parma, die hem twee gezellen hadt toegevoegd, welken hy riedt in hegtenis te neemen. Anjou, sedert, ook vernomen hebbende, dat Salseda met die van Lotharingen verzoend was, deedt hem, ten Hove, in stilte vatten, terwyl zyne makkers, Francisko Basa en Nikolaas Hugot, bygenoemd la Borde, hem buiten stonden te wagten. Eindelyk, verneemt Basa naar Salseda, aan zekeren dienaar, die weder vraagt, of hy hem kende? en, terstond daarop, naar binnen treedt. Doch op dit oogenblik, kreegen de twee gasten agterdenken, en pakten zig weg. Basa werdt, nogtans, agterhaald, en beleedt, gepynigd zynde, dat zy, ter begeerte van Parma, aangenomen hadden, den Hertog en den Prins, door vergif of eenig ander middel, van kant te helpen. Doch Salseda loochende, iets tegen den Hertoge voorgehad te hebben. Alleenlyk, beleedt hy, zig in zynen dienst te hebben begeven, op hoope van, met behulp van zyn regement en eenige anderen, Kameryk en Duinkerken aan den vyand te zullen konnen leveren: voorts, was zyn toeleg geweest, al wat 'er omging over te brieven aan die van Guize, die 'er den Prinse van Parma, en door deezen den Koning van Spanje van verwittigen zou- | |
[pagina 460]
| |
den. Nog openbaarde hy een geweldig eedgenootschap,Ga naar margenoot+ gesmeed door die van Guize, om Frankryk aan Spanje te brengen. Zyne belydenis werdt den Koning van Frankryk toegezonden, die Salseda haalen deedt. Doch deez', in Frankryk gebragt, herriep zyneGa naar margenoot+ bekentenis. Nogtans werdt hy verweezen, om met vier paarden vaneen gescheurd te worden. Basa, midlerwyl, in de gevangenis aan een mes geraakt zynde, hadt zig het hert asgesteken. Zyn lyk werdt aan de galge opgeknoopt, met een geschrift aan de beenen, in 't Duitsch en in 't Fransch, meldende, dat hy voorgehad hadt, zyne Hoogheid en den Prins van Oranje van kant te helpen, uit last van den Prinse van Parma. Lammoraal van Egmond, jonger Zoon van den onthalsden Graave, hadt, te Brugge, eenige gemeenschap gehadt met Salseda, en zig, hierdoor, in sterk vermoeden gebragt, dat hy kennis van zynen toeleg hebben moest. Ook hieldt men hem, eenigen tyd, op 't Slot te Sluis, gevangen. Doch alzo men geen bewys tegen hem hadt, werdt hy geslaakt, en trok, eerlang, met den Hertoge, naar FrankrykGa naar voetnoot(x). |
|