XXVIII.
Verdrag van Koophandel met Frankryk.
Doch deeze dingen betroffen Holland in 't byzonder. Kort hierna, werdt 'er, met Henrik den II, Koning van Frankryk, een Verdrag van Koophandel geslooten, waarby alle de Nederlanden belang hadden De Koning hadt, eenigen tyd herwaards, bevolen, dat alle goederen, bevonden in Schepen of op Wagens, die eenige verbooden' of vyandlyke goederen gelaaden hadden, verbeurd verklaard zouden worden. De Nederlandsche Koopluiden leeden, hierdoor, van tyd tot tyd, merkelyke schade: 't welk den Keizer bewoogen hadt, om diergelyk Bevel, ook in de Nederlanden, te laaten uitgaan. Henrik de II. werdt toen tot reden gebragt. Men tradt, door wederzydsche Gemagtigden, in onderhandeling, en kwam eerlang overeen, dat, voortaan, noch in Frankryk noch in de Nederlanden, eenige andere dan verbooden' en vyandlyke goederen zouden verbeurd verklaard wordenGa naar voetnoot(v).