XXIII.
François de I. verbindt zig met Deenemarke en Zweeden, ten nadeele der Nederlanden.
Midlerwyl, hadt François de I, om den Keizer van alle kanten tevens vyanden te verwekken, Christiaan den III, Koning van Deenemarke, vereerd met de Ridder-Orde van Sant Michiel, en vervolgens, in Slagtmaand laatstleeden, met deszelfs Gezanten, te Fontainebleau, een Verbond van onderlinge bescherming getroffen, waarby Christiaan beloofde, François, met zes Oorlogschepen en duizend man, te zullen bystaan; waartegen François hem, des noods, twaalf Oorlogschepen en tweeduizend man leveren zou, op dat hy te beter in staat zou zyn, om de Zond voor de vyanden van Frankryk geslooten te houden, gelyk hy beloofde te zullen doenGa naar voetnoot(l). François tradt, ten zelfden tyde, over een diergelyk verbond, met Gustaaf den I, Koning van Zweeden, in onderhandeling, welk egter, eerst in Hooimaand des volgenden jaars, geslooten werdt. Men beloofde, by dit Verbond, elkanderen even groote, doch onbepaalde hulpe. De Koning van Schotland en de Hertog van Kleeve en Gelder werden 'er, van wederzyde, in begreepen. By een byzonder Artikel, gaf François den Koning van Zweeden vryheid, om zo veel Zouts uit Frankryk te laaten haalen, als hy zou goedvindenGa naar voetnoot(m): waaruit alleen genoeg was af te nee-