Vaderlandsche historie. Deel 4
(1750)–Jan Wagenaar– AuteursrechtvrijDe Stadhouder doet wederom eene Bede aan Holland.Terwyl men, te Utrecht, over de opdragt van 't Nederstigt, handelde, werdt de oorlog tegen de Gelderschen voortgezet, en 't beleg, in Hooimaand, geslaagen voor TielGa naar voetnoot(a). Dit gaf gelegenheid tot eene nieuwe Bede aan de Staaten, die, door den Stadhouder, ten zelfden tyde, op eene Dagvaart te Gorinchem, gedaan werdt. Hy vertoonde hun ‘dat men, tot den den eersten van Wynmaand toe, in 't veld zou moeten zyn, en dat het gene 'er van de ingewilligde Beden komen moest niet verder dan tot den eenentwintigsten van Hooimaand kon strekken; ten deele, om dat de Graaf van Buuren ruim honderd Knegten te veel aangenomen hadt, rekening maakende, dat Holland zevenendertigduizend guldens ter maand opbrengen zou, gelyk in 't eerst geëischt was; en ten deele, om dat de Staaten, met den eersten van Zomermaand, hadden beginnen te rekenen, en nog wel maanden van dertig dagen; daar de Knegten maanden van agtentwintig dagen rekenden, en van den zevenentwintigsten van Bloeimaand begonden.’ Hy maakte hieruit op, dat 'er, tot den eersten van Herfstmaand toe, tot welken tyd, de Staaten meenden zorg te hebben gedraagen, eenentwintigduizend zeshonderd vyfenveertig ponden, negentien schellingen, vyf deniers te kort kwamen: waarby nog omtrent zevenendertigduizend guldens gevoegd | |
[pagina 497]
| |
zouden moeten worden, zo men 't Leger, tot den eersten van Wynmaand, in 't Veld houden wilde, gelyk behoorlyk was. De Staaten booden aan, de eerste post te willen vervullen, door den tweeden termyn der Bede van tagtigduizend guldens, die te S. Jans misse des aanstaanden jaars verviel, vooruit te betaalen: doch omtrent de tweede, verklaarden zy niet gelast te zyn: ook niet te konnen besluiten, voor dat men de Unie met de Brabantsche Steden, voor twee maanden, verlengd hadt. De Stadhouder verklaarde de voorbetaaling niet te konnen goedkeurenGa naar voetnoot(b). Doch over 't verlengen der Unie, tradt men terstond in onderhandeling. |
|