Vaderlandsche historie. Deel 4
(1750)–Jan Wagenaar– AuteursrechtvrijMen legt zig hier toe, op het ontdekken van nieuwe Landen.Sedert de ontdekking van Mexiko en Nieuw Spanje, in den jaare 1519, begon egter het goud en zilver, in Europa, allengskens gemeener te worden. Doch Karel de V. trok 'er, in Spanje, de eerste en meeste voordeelen van, en daar moesten noodwendig eenige jaaren verloopen, eer de schatten der nieuwe weereld, uit Spanje, in de andere deelen van Europa, en zelfs tot in de Nederlanden, konden worden overgebragt. Dit gebeurde egter door den tyd: en naar maate dat hier meer goud en zilver kwam, begon men minder voor 't geld gedaan of gemaakt te konnen krygen. Omtrent deezen tyd, begon men zig, ook hier, op het zoeken van nieuwe Landen uit te leggen. De Heer van Beveren, wien de Keizer zeker Eiland geschonken hadt, rustte twee Schepen uit, om het te zoeken. Zekere Herri, van Veere geboortig, hadt 'er 't bevel over; doch hy deedt niets anders op, | |
[pagina 465]
| |
dan twee laadingen Koopwaaren, die hy, op dat hy geene vergeefsche reis zou schynen gedaan te hebben, na verloop van een jaar, wederom binnen deeze Landen bragt. Anthonis Mulok kwam, in 't jaar 1528, met een Zierikzeeschschip, in Zeeland binnen. Hy hadt Zout en Wynen op Cabo Verde gelaaden, alwaar nog nooit eenig Hollandsch of Zeeuwsch schip geweest wasGa naar voetnoot(w). Men kan hieruit afneemen, dat de Scheepvaart, hier te Lande, verder werdt voortgezet, sedert dat Karel de V. zyn gebied, in Amerika en Afrika, hadt beginnen uit te breiden. |
|