Vaderlandsche historie. Deel 4
(1750)–Jan Wagenaar– Auteursrechtvrij
[pagina 333]
| |
gevaar maar pas te boven, toen de Vloot, onder Engeland, van eenen geweldigen storm, beloopen werdt. Filips gaf terstond bevel, om te landen. Men bragt het, met veel moeite, binnen de Haven van WeimouthGa naar voetnoot(a). Het Landvolk, zulk eene talryke Vloot ziende naderen, greep, bedugt voor eenen inval, de wapenen op. Doch de Ridder Thomas Trenchard, die zig, hieromtrent, met eenig Krygsvolk, ophieldt, stelde hen gerust, en deedt Filips en zyne Gemaalin, in zyn Huis, hun verblyf neemen. Toen de storm bedaard was, zou Filips gaarne wederom Zee gekoozen hebben; doch Trenchard hadt den Koning van Engeland reeds kennis van de landing des Konings van Kastilie gegeven, en Henrik, hierop, zyne genegenheid betuigd, om Filips te komen begroeten. Filips spoedde zig, om tyd te winnen, naar Windfor, alwaar hem Henrik beleefdelyk ontving, en op 't vriendelykst drong, om nog eenigen tyd ten Hove te vertoeven. |
|