Vaderlandsche historie. Deel 4
(1750)–Jan Wagenaar– AuteursrechtvrijDe Friezen belegeren Henrik van Saxen in Franiker.Hertog Albrecht, in 't voorjaar naar Duitschland vertrekkende, liet het bewind van Friesland zynen Zoon, Henrik, aanbevolen, die, in Lentemaand, den Friezen eene nieuwe en zwaare schatting afgevorderd hebbende, de gemoederen der Landzaaten dermaate ontstak, | |
[pagina 318]
| |
dat zy, in grooten getale, samengetrokken, hem, binnen Franiker, belegerdenGa naar voetnoot(l). Hertog Albrecht kreeg hier zo dra geene kennis van, of hy bewoog Erik, Hertog van Brunswyk, Edzard, Graaf van Oostfriesland, en Fredrik van Egmond, Heere van YsselsteinGa naar voetnoot(6), om zynen Zoon te ontzetten. Edzard hadt een goed getal van Knegten op de been. Ook wierf Hertog Erik, ten spoedigsten, vierduizend man in het Lunenburgsche. 't Vereenigd Leger trok in Friesland, versloeg eerst de Groningers, by Workummer-Zyl; en de Friezen, naderhand, in twee reizen, geheellyk. Franiker werdt niet alleen van 't beleg ontslaagen; maar de Friezen werden niet in genade aangenomen, dan onder voorwaarden, dat zy dezelve, knielende, blootshoofds, en barrevoets, verzoeken, al hun geweer en Brieven overgeeven, en eene zekere somme,Ga naar margenoot+ naar hun vermogen, opbrengen zouden. Doch hunnen Bevelhebberen, in deezen Zoen, die op den zestienden van Hooimaand geslooten werdt, niet begreepen geweest zynde, werdt sedert een scherpe paal door 't lighaam gejaagd: eene wreede straffe, voorwaar, van welke men, in onze Landsgeschiedenissen, behalven dit, naauwlyks eenig voorbeeld ontmoeten zal. Men noemde deeze wyze van ombrengen spitsenGa naar voetnoot(m). |
|