Vaderlandsche historie. Deel 4
(1750)–Jan Wagenaar– AuteursrechtvrijXI. Oorsprong van den Gelderschen Oorlog.Gelderland was het eenigste Landschap onder de Nederlanden, alwaar men Filips nog geene hulde hadt willen doen. De veranderingen, in dit Hertogdom, sedert eenige jaaren, voorgevallen, hadden 'er aanleiding toe gegeven. Wy hebben het verhaal derzelven tot hiertoe willen uitstellen, om den draad der andere geschiedenissen niet te breeken. Nu moeten wy de Geldersche zaaken van wat hooger ophaalen. Men hadt, in dit Hertogdom, na het inhuldigen van Maximiliaan en Maria in den jaare 1481, tamelyke rust gehad. Doch eenigen tyd na de dood van Maria, begonden veelen ook hier te dryven, dat de Voogdyschap over den jongen Filips Maximiliaan niet, maar den Staaten der Landen toekwam. Allengskens neigde men zelfs, om Karel, Zoon van Adolf van Gelder, die toen nog te Gend was, op nieuws tot Hertoge in te huldigen. Maximiliaan verloor Karel niet uit het oog, schoon hy hem, in 't jaar 1485, wanneer hy omtrent zestien jaaren bereikte, meer in 't openbaar verschynen liet, en gelegenheid gaf, om de Krygskonst in Vlaanderen te leerenGa naar voetnoot(z). In Hooimaand des | |
[pagina 307]
| |
jaars 1487, woonde hy den Veldslag tegen de Franschen, omtrent Bethune, by, alwaar hy gevangen genomen werdtGa naar voetnoot(a), gelyk wy, reeds, in 't voorbygaan, hebben aangetekendGa naar voetnoot(b). De Gelderschen, gebeeten op de Oostenryksche Regeeringe, door welke zy, zo wel als de andere Nederlanders, ten deezen tyde, zwaar geschat werden, wendden al hun vermogen aan, om Karel te verlossen. 't Haperde voornaamlyk aan zekerheid voor zyn losgeld, welke eindelyk, op het einde des jaars 1491, gegeven zyndeGa naar voetnoot(c), verscheen Karel, in Lentemaand des volgenden jaars,Ga naar margenoot+ op 't onverwagtst, te Roermonde, en sedert in de andere voornaame Geldersche Steden, wordende alomme beleefdelyk ontvangen. Hy hadt zyne verlossing meest te danken aan Vincent, Graave van Meurs, die zig, hier door, de ongunst van Maximiliaan op den hals haaldeGa naar voetnoot(d). Adolf van Nassau, Stadhouder van Gelderland voor den Roomsch-Koning, zogt de Geldersche Steden te vergeefs aan zyne zyde te houden. Karel verzekerde zig van Wageningen, welke Stad Floris van Ysselstein, voor Maximiliaan, bewaardeGa naar voetnoot(e). Ook verdedigde hy zyn regt op Gelder en Zutfen, sedert, in eenen Brief aan Keizer FredrikGa naar voetnoot(f). Doch alzo hy hier, gelyk men denken kan, weinig ingang vondt, voer hy voort, zig van de wapenen te bedienen, om den Oostenrykschen | |
[pagina 308]
| |
afbreuk te doen, en zig in 't bewind van 't Hertogdom te vestigen. Hy zondt het Kaasen Broods- Volk, in Holland, eenige Knegten te hulpe, en maakte zig, in 't jaar 1493, meester van de Stad Buuren, behoorende tot de Heerlykheden des Heeren van Ysselstein. Ook overweldigde hy het Slot te Beest, welk toen bezetting des Hertogs van Saxen inhadt. Deeze, de beroerten in Holland gestild hebbende, viel, daarentegen, met zyn Volk, in Gelderland, bemagtigende Nieuwstad, in de Voogdye van RoermondeGa naar voetnoot(g). Karel, geen volks genoeg op de been hebbende, om Hertoge Albrecht het hoofd te bieden, was, ondertusschen, geweeken naar Lotharingen, en onthieldt zig hier, eenigen tyd, by Hertog René, den vinnigsten vyand van het Huis van Bourgondie, en voor eenige jaaren, aan Karels Zuster, Filippa van Gelder, gehuwd. Voor 't einde des jaars 1493, hieldt hy egter, een Bestand met de Hollanders geslooten hebbende, te Graave, een mondgesprek met Maximiliaan, die, onlangs tot de Keizerlyke waardigheid verheeven, en met Blanka Maria, Dogter van Galeas Maria Sfortia, Hertog van Milaan, in Huwelyk getreden zynde, zig, min dan voorheen, met de Geldersche zaaken,Ga naar margenoot+ scheen te zullen konnen ophouden. Ook kwam men hier overeen, dat het geschil, over het Regt op het Hertogdom Gelder, aan de uitspraak der Keurvorsten verbleeven zou worden. Doch deezen verklaarden, in 't volgend jaar, dat Karel, noch zelfs zyne | |
[pagina 309]
| |
Voorouders, geen Regt altoos konden hebben op Gelder en Zutfen, alzo deeze Landen, al na de dood van Hertoge Reinoud den IV, aan 't Ryk vervallen geweest warenGa naar voetnoot(h). Karel zag zig derhalven genoodzaakt, zyne toevlugt wederom tot de wapenen te neemen. De meeste Steden, zyne zyde houdende, dreeven de Oostenryksche bezetting ter Poorten uit, en versterkten haare Vestingwerken. De Keizer, hierop, met een tamelyk Leger, in Gelderland, getrokken, bemagtigde Roermonde, en sloeg toen 't beleg voor Nieuwmegen, welk hy egter haast wederom opbrak. Nieuwkerk op de Veluwe, door den Hertoge van Saxen, zeer sterk gemaakt, werdt, voor 't einde des jaars 1494, stormenderhand, door Karel van Gelder, veroverd. Doch in den aanvang des volgenden jaars, werdt 'er, tusschen hem en den Aartshertoge Filips, een Bestand voor eenige maanden getroffenGa naar voetnoot(i). Kort na het eindigen van dit Bestand, of veelligt eer het nog geëindigd ware, bemagtigde Karel, dien wy voortaan den naam van Hertog geeven zullen, het Slot Baar. De Hollanders en Gelderschen stroopten, van tyd tot tyd, op elkanders Landen, zonder dat een der partyen in staat was, om zynen vyand tot eenen beslissenden Veldslag uit te daagen. In den Herfst des jaars 1497, kort na dat deGa naar margenoot+ Aartshertog Filips, in de byzondere Hollandsche Steden, ingehuldigd was, bemagtigden de Gelderschen Leerdam; doch werden, eer- | |
[pagina 310]
| |
lang, genoodzaakt de Stad den Hertoge van Saxen wederom in te ruimenGa naar voetnoot(k), die, sedert,Ga naar margenoot+ ook het Slot Batenburg overmeesterde. Doch op den eenentwintigsten van Wintermaand, werdt 'er wederom een Bestand geslooten, zonder bepaaling van tyd. Alleenlyk stondt het partyen vry, hetzelve te breeken, wanneer zy wilden, mids zes weeken te vooren kennis geevendeGa naar voetnoot(l). |
|