Vaderlandsche historie. Deel 4
(1750)–Jan Wagenaar– AuteursrechtvrijXXVIII. Eduard de IV. vlugt naar Holland.Naauwlyks was hy hier aan land getreden, of zyn aanhang nam zo geweldig toe, dat hy zig, binnen kort, aan 't hoofd van een Leger van zestigduizend man zag. Toen deedt hy Henrik den VI. voor Koning uitroepen, en beval elk de wapenen tegen Eduard op te vatten. Eduard, eenige weinige manschap op de been gebragt hebbende, sloeg zig by Lins, een steedje in 't Landschap Linkoln, niet verre van de Zee, nederGa naar voetnoot(b). De Graaf van Warwik, vast naderende met zyn magtig Leger, bragt den schrik in dat van Eduard. De Koning zelf, geenen kans ziende, om zynen vyand 't hoofd te bieden, begaf zig, van vier of vyfhonderd man verzeld, hals over hoofd scheep, in een Engelsch schip en twee Hollandsche HulkenGa naar voetnoot(c). De verjaagde Vorst en al de zynen waren zeer slegt toegerust, en geheel ontbloot van geld. Men wendde het terstond naar Holland. Onder weg, maakten eenige Oostersche Schepen jagt op de drie vlugtende Vaartuigen, die 't gevaar gelukkiglyk ontkwamen, de Hollandsche Kust bereikten, en niet verre van AlkmaarGa naar voetnoot(d), anderen schryven op de ree- | |
[pagina 114]
| |
de van TexelGa naar voetnoot(e), in 't begin van WynmaandGa naar voetnoot(f), ten anker kwamen. |
|