Vaderlandsche historie. Deel 3
(1750)–Jan Wagenaar– AuteursrechtvrijAmersfoort en Utrecht door de Stigtschen herwonnen.Bisschop Jan en Graaf Otto hadden, midlerwyl, een talryk Leger byeen gebragt, met welk zy voor Utrecht toogen. Doch alzo die van binnen de Stad weigerden op te geeven, en de Bisschop het muurwerk en de gebouwen ongaarne, door 't steenwerpen, beschadigd zag; trok het Leger, eerlang, af, en voor Amersfoort, welk zig haast overgaf. De Bisschop begaf zig toen naar Deventer: Graaf Otto keerde ook naar huis en 't Leger werdt afgedankt. Twee jaaren verliepen 'er, sedert, na welken, Zweder van Bozinchem Utrecht voor den Bisschop bemagtigde. Toen werden de verdreeven' Wethouders weder ingeroepen, en in hunne Ampten hersteld. De onlangs aangestelden werden allen ter Stad uit gezet; doch kwamen 'er, de een na den anderen, allengskens, wederom binnen, en verwekten eenige nieuwe opschuddingen: die egter, door Heere Nikolaas van Kats, dien sommigen ook voor eenen Voogd van Graave Floris den V. gehouden hebben, binnen korten tyd, gestildGa naar margenoot+ werdenGa naar voetnoot(g). By deeze gelegenheid of eerder, schynt Bisschop Jan van Nassau het Slot Vreêland aan Gysbrecht van Amstel, en het Slot te Montfoort aan Herman van Woerden, voor zekere somme gelds, verpand te hebbenGa naar voetnoot(h). En veelligt heeft Gysbrecht zig hier door laaten beweegen, om het Stigt, zo ver het onder zyne magt geraakt was, den Bisschop | |
[pagina 15]
| |
wederom in te ruimen. Ondertusschen zagen de Stigtschen deeze vervreemding van 's Lands Sloten, niet zonder merkelyk ongenoegen, aan. De Bisschop behaalde 'er zo groot een' ondank door, dat hy, sedert, nimmer, de genegenheid zyns Volks winnen kon. |
|