Vaderlandsche historie. Deel 2
(1749)–Jan Wagenaar– AuteursrechtvrijXVI. Graaf Willem verzelt den Zoon des Konings van Frankryk op eenen togt naar Engeland.Het deel, welk Graaf Willem in den Vlaamschen Kryg genomen hadt, bewees, dat hy, tot dien tyd toe, zyn Verbond met den Koning van Engeland houden wilde. Doch zyn verblyf in Frankryk, geduurende zyne gevangenis, schynt hem gelegenheid gegeven te hebben, om het te breeken. Hy hadt, om zyne vryheid te bekomen, reeds moeten belooven, dat hy nimmer tegen den Koning van Frankryk dienen zou. Het gevolg der geschiedenis maakt het, daarenboven, vermoedelyk, dat men hem, in een byzonder Verbond met Frankryk tegen Engeland, heeft ingewikkeld. Want toen de Engelsche Adel, in 't jaar | |
[pagina 339]
| |
1215, besloot, Koning Jan van 't Regt tot de Kroon vervallen te verklaaren, en dezelve Lodewyk van Frankryk, Zoon van Koning Filips, op te draagen; en toen men, daarop, in Frankryk, goedvondt, het Bestand te schendenGa naar margenoot+en den Prins, in 't volgend jaar, met eene Vloot naar Engeland te doen oversteeken; was Graaf Willem een der Grooten, die hem, met zes en dertig man uit 's Lands Ridderschap, nevens derzelver stoetGa naar voetnoot(v), op deezen togt verzeldeGa naar voetnoot(w). Doch deeze onderneeming slaagde kwalyk. Lodewyk werdt wel tot Koning van Engeland uitgeroepen; doch de Paus kantte zig zo ernstig tegen deezen Prins, hem en zyne medestanders, met naame Graaf WillemGa naar voetnoot(x), in den ban doende, dat hy van de Kroon afstaan, en naar Frankryk te rug keeren moest. Ga naar margenoot+ Koning Jan, ondertusschen, niet weinig gestoord over de onderneeming van Graave Willem, was op middelen bedagt, om 'er wraak over te neemen. Lodewyk van Loon wist zig van deeze gelegenheid te bedienen. Hy liet den Koning van Engeland weeten, dat hy gezind was, wederom tot de zyde van Otto den IV, die hy verlaaten hadt, over te gaan, indien die Keizer hem, door open' brieven, in 't bezit van het Graafschap van Holland en van zyne anders goederen, die hem, door Graave Willem, onthouden werden, herstellen wilde; beloovende hy, hem deswegen | |
[pagina 340]
| |
de vereischte hulde te willen doen. De Koning liet zig gereedelyk in, om hier over aan zynen Neeve Otto eenen Brief af te vaardigen, die nog voorhanden isGa naar voetnoot(y). Doch 't blykt niet, dat deeze onderhandeling van eenig gevolg geweest is. Ook was Otto's gezag in 't Ryk reeds zo zeer verzwakt, dat Graaf Willem zig weinig aan zyne opene brieven zou hebben laaten gelegen zyn. Lodewyk, Graaf van Loon, is, omtrent twee jaaren na deezen tydGa naar voetnoot(z), in den jaare 1218, overleedenGa naar voetnoot(5). |
|