Chr.J. van Geel. Een bundel over zijn poëzie
(1979)–Elly de Waard– Auteursrechtelijk beschermdElly de Waard (red.), Chr. J. van Geel. Een bundel over zijn poëzie. Reflex, Utrecht 1979
-
gebruikt exemplaar
exemplaar universiteitsbibliotheek Leiden, signatuur: 1278 C 1
algemene opmerkingen
Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Chr. J. van Geel. Een bundel over zijn poëzie, onder redactie van Elly de Waard uit 1979. De foto op het omslag is gemaakt door Ronald Hoeben.
redactionele ingrepen
p. *16: het onderschrift dat verwijst naar de foto op pagina 154 is naar laatstgenoemde pagina verplaatst. De opmerking Foto pagina 154: is hierbij verwijderd.
Bij de omzetting van de gebruikte bron naar deze publicatie in de dbnl is een aantal delen van de tekst niet overgenomen. Hieronder volgen de tekstgedeelten die wel in het origineel voorkomen maar hier uit de lopende tekst zijn weggelaten. Ook de blanco pagina's (p. 1, 2, 4 en 192) zijn niet opgenomen in de lopende tekst.
[pagina ongenummerd (p. 3)]
Chr. J. van Geel
[pagina ongenummerd (p. 5)]
CHR. J. VAN GEEL
een bundel over zijn poëzie oorspronkelijk verschenen als RAAM-nummer vermeerderd met 9 nieuwe artikelen
onder redactie van Elly de Waard
[vignet]
Reflex - Utrecht 1979
[pagina ongenummerd (p. 6)]
ISBN 90 6322 031 6
© Diverse auteurs, Stichting Chr. J. van Geel en Uitgeverij Reflex
Grafische vormgeving: Richard van den Dool.
Druk: Van den Dool, Sliedrecht.
De tekeningen in deze uitgave zijn van Chr. J. van Geel.
[pagina ongenummerd (p. 7)]
Inhoud
8 | Elly de Waard; Bij de tweede druk |
9 | Jan Geurt Gaarlandt, Inleiding bij de eerste druk |
10 | Chr. J. van Geel; Gedichten |
15 | S. Vestdijk; Flirt met het collectieve onbewuste |
21 | Anthonie Donker; De spraak van de natuur zelf |
24 | J.A. Emmens; Christiaan Johannes van Geel |
25 | A. Roland Holst; Chris van Geel |
26 | Enno Endt; Een potje op het vuur - De tijd voor voorbereiding op Spinroc |
33 | Wies Roosenschoon; Spinroc, van ik-gedicht tot natuursymboliek |
38 | Wiel Kusters; Een lastig portret: Drosera Poetica? |
42 | I. Sitniakowsky; Het interieur van Chr. J. van Geel |
47 | Judith Herzberg; Van Geels poëzie speelt landgappertje met de dood |
51 | Judith Herzberg; Uit brieven |
53 | Ser J.L. Prop; Bij het doorlezen van een correspondentie |
60 | J.H.W. Veenstra; Een stroper in grensgebied |
67 | Jan Geurt Gaarlandt; Uit de hoge boom geschreven |
84 | Chr. J. van Geel; Gedicht |
85 | Remmert Kraak; Een negatieprobleem |
87 | Ad den Besten; Understatement uit zelfbehoud |
90 | Gerard Brands; De dichter die zijn schat verloor |
95 | Chr. J. van Geel; Gedichten |
98 | J.P. Guépin; Als witvis aan het licht |
109 | G. Brands; Een onzelieveheersbeestje van 50 kilo |
115 | R.L.K. Fokkema; De medenatuurlijkheid van Chr. J. van Geel |
119 | T. van Deel; Gedicht |
120 | K.L. Poll; Afstand houdt de kringen gaaf |
122 | J. Offerhaus; Een brief en een antwoord |
124 | H. van den Bergh; Dichter bij Enkele Gedichten |
129 | M. Vasalis; Bij de bundel Enkele gedichten van Chris van Geel |
132 | Chr. J. van Geel / T. van Deel / R. Kraak; Een motto-vers en twee brieven |
134 | Leo Vroman; Van Geel en Grijs |
136 | Chr. J. van Geel; Gedichten |
138 | Renate Rubenstein; Van Geel |
142 | Kees Verheul; De wereld in raadselspreuken |
155 | G. Brands; Poëzie is de wensdroom van de stotteraar |
162 | Kees Verheul; Tussen licht en donker |
166 | R.L.K. Fokkema; De bekoelde woede der poëzie |
172 | Willem Jan Otten; De kunst van de pas opzij |
178 | Tom van Deel; Vogels binnenste buiten |
184 | T. van Deel; ‘Ik ben in beesten opgesomd’ |
188 | Bibliografie |
190 | Bronvermelding artikelen |
[pagina ongenummerd (p. *16)]
Foto omslag:
Van Geel en profil (foto: Ronald Hoeben)