Zwijgende liefde (onder ps. Julius)(1860)–Julius Vuylsteke– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 41] [p. 41] XVIII 't Deurtjen, dat half open staat 's avonds laat, spreekt zoo duidelijk van minnen; 't zegt: ‘De schat, dien ik bewaar, roept u naar; Welbeminde, kom, kom binnen!’ 't Half geopend mondjen is ook gewis naar een lieven gastheer wachtend; 't wenkt den zoeten kus der min: ‘Kom, kom in,’ roept van binnen 't hertjen smachtend. Vorige Volgende