Zwijgende liefde (onder ps. Julius)(1860)–Julius Vuylsteke– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 37] [p. 37] XVI Statig heft zich de rooze boven de bloemen-parken; statiger praalt mijne schoone tusschen de meisjens-reien. 't Is geene blanke lelie die aan het klagende water, eenzaam, droef en verholen, droomerig klaagt in de stilte. Fierheid blinkt op het voorhoofd, stoutheid vonkelt in de oogen, vreugde geuren de woorden, leven bonst in het herte. [pagina 38] [p. 38] Frischheid bloeit op de wangen, wellust vloeit van de lippen, vrijheid gloeit in de blikken, leven stoeit in het hoofdjen. Vorige Volgende