Verzamelde gedichten(1887)–Julius Vuylsteke– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 89] [p. 89] Rookerslied Wien Neerlandsch bloed in de aadren vloeit, aan Schelde, Maas of IJ, wiens hart voor d'eedlen tabak gloeit, ontsteek' zijn pijp als wij! En aller rook, en aller lied stijge op als offerand' ter eer van 't vaderlijk gebied, ons dierbaar Nederland! O Neerland, schoon gij sprongt uiteen, aan Schelde, Maas en IJ bleef na de scheiding als voorheen de tabakhandel vrij. Goedkoope tabak, Noord en Zuid, is een onschatbre band, die nog de deelen samensluit van 't oude Nederland. Van wijn en lente en liefde om 't meest zingt al wat melk eens zoog, maar welk genoegen voert den geest, als 't rooken, naar omhoog? Geen pijp ontbreek' waar nectar vloeit! En wat is liefdebrand bij 't vuur dat in de pijpen gloeit in 't rookend Nederland? [pagina 90] [p. 90] En wat is lente in ons klimaat van water en van wind? Wie vindt op 't veld, wie vindt op straat 't heil dat hij binnen vindt? Wat 's rozengeur, hier steeds zoo flauw, bij dien der tabaksplant? Wat is, bij tabaksdamp, de dauw in 't killig Nederland? Doch, als de Franschman eens het waagt den klauw aan ons te slaan, dan zal de rooker, onversaagd, de eerste aan de grenzen staan. Want mensch en tabak zijn geboeid in Frankrijk, tot hun schand! Régie en dwang wordt steeds verfoeid in 't vrije Nederland. Dan komt ook 't Noorden af met spoed en mengt, op 't veld van eer, met ons den rook van 't Neerlandsch bloed, van pijp en van geweer. Driedubble broederlijke rook, die 't vreemd geweld verbant, hoe fel het ook den grond bestook' van 't rookend Nederland! O Nederland! o vaderland! de rooker, nooit vermoeid, [pagina 91] [p. 91] houdt steeds het heilig vuur in brand dat in zijn pijpje gloeit. Maar hij bewaart ook nog in 't hoofd en in het ingewand een heil'ger vlam die roem belooft aan 't roemrijk Nederland! (Studenten-Almanak voor -1862). Vorige Volgende