Terugkeer tot de natuur en tot een innige verwantschap met haar wezen, alsmede het door stijlmiddelen oproepen van een bepaalde halfwerkelijke stemming en een van het concrete los zwevenden toon en spheer vindt men ongetwijfeld in den roman Kasteel te Huur van Clare Lennart, haar eerste publicatie na de bevrijding, ongerekend een ongemeen fijn en charmant verhaaltje Ter Herinnering aan Rotterdam.
Toch berust bij Clare Lennart de schrijfwijze op meer bestanddelen die ontleend zijn aan waarnemingen dan bij Fournier. Ik zou willen zeggen dat, hoewel zij stellig een eigen toon heeft, haar resultaat minder op schrijfmanier is terug te voeren dan op het mede-betrekken van concreta in het totale effect, gelijk zo vaak de romantiek door alle tijden van realistische middelen heeft gebruik gemaakt. Het werkelijkheidsgehalte van haar roman is dus niet gering, en de selectie zelf van de gegevens der realiteit wordt hier middel om een dichterlijke omvorming van het werkelijke te bereiken. Zijzelf karakteriseert hetgeen zij nastreeft misschien het beste waar zij spreekt van ‘een droom, die niet verdoezelt, maar die ons aan onszelf onthult’.
Dit verhaal van een idylle, beleefd op een oud buiten met een even vaag als vluchtig liefdesavontuur als voorgrond en den historischen achtergrond van de gewezen kasteelbewoners als perspectief doet niet aan als ouderwets, maar heeft dat typisch tijdeloze, dat dikwijls de indruk is, welke romantische kunst op ons maakt. Een kunst immers, die tracht den eeuwigen en bijna wetmatig te noemen wederkeer van de gemoedsaandoeningen in het mensenhart tegenover het totaal van leven en wereld te benaderen, niet als beschouwer van die gevoelens, maar geheel als deelhebber er van. Dit is dan ook in een bijna niet meer voorkomend genre een uitermate beminnelijk en verkwikkend boek geworden.
1949
Clare Lennart, Kasteel te huur. Utrecht, A.W. Bruna & Zn., z.j.