wenden; maar ze onthield geen lettergreep van wat ze gelezen had.
Mama kapittelde haar later onder vier ogen ernstig over haar onbeleefdheid, maar ze gaf een onverschillig antwoord. Na het eten haastte ze zich naar de Antoniestraat, om tante Flora te vertellen van Carla's waanzinnige keuze. Tante Flora nam haar ernstig en peinzend op, toen Ruth, tegen de poten van de stoel schoppend als een wrokkig kind, het verslag deed. Toen Ruth klaar was met het hatelijke verhaal, zei tante Flora tot Ruth's innige verbazing:
- Je bent jaloers, kindje... of niet?
Ruth's wangen begonnen te branden van spijt, en ze sloeg de wimpers neer voor tante's blauwe blik. Toen ze weer opkeek, waren haar grote bruine ogen bijna zwart, en dreigend:
- Tante, u vergist zich, ik geef niets om mannen, ik gun haar dien dikken vent, ze mag 'm opeten voor mijn part! Ik wil niet trouwen, nóóit! ik háát de mannen, allemaal...
Tante Flora's sterke mond glimlachte.
- Zo? En oom Lex dan? En Egmont?
- Oom Lex... dat is iets anders - dat is oom Lex, zei Ruth verward en naïef, en ze moest er zelf een tel om lachen, maar bij de gedachte aan Carla kwam weer de trillende inwendige beroering; - en Egmont, nou ja, dat is mijn bróér... Maar de anderen - ik verfoei ze, u weet 't zelf, ze spelen den heer en meester, en op straat zeggen ze vuile dingen, en als ze 't niet zeggen, denken ze 't toch, en ze willen allemaal 't zelfde, en ik trouw niet, u vergist zich, als u denkt, dat ik ook maar één greintje jalouzie heb -!
Tante Flora antwoordde niet.