Brissot en de Constituante en Robespierre welke laatste, naar de opmerkingen van de planters het lieten uitkomen, gezegd zou hebben, dat de koloniën voor zijn part konden verrekken. En dan was er nog de naam van kapitein Lacroix; die naam overvleugelde tenslotte alle andere, want kapitein Lacroix was commandant van het garnizoen te Point-à-Pître en een volbloed republikein. Zijn naam werd ook onder de negers meer en meer genoemd, sinds de eerste geruchten doordrongen van kloppartijen tussen ‘aristocraten’ en ‘patriotten’ op St. Pierre, zodat iedereen op Guadeloupe hetzelfde begon te verwachten. Er kwamen in het geheim op sommige plantages mulatten, die zich overdag in de negerkotten schuil hielden en des nachts bijeenkomsten belegden met de slaven die zij tot verboden dingen opruiden. Ook de meesters begonnen daar achter te komen; Justin schafte zich in die tijd een paar bloedhonden aan die gewoonlijk op het voorplein van het herenhuis aan de ketting lagen en waarvoor iedereen het diepst ontzag had, vooral nadat de monsters in een ommezien een drietal ontvluchte negers hadden opgespoord. Het kwam op de plantage van Justin niet voor dat er nachtelijke vergaderingen in het negerdorp plaats grepen, buiten die der Afrikaanse riten dan die veeleer naar het verleden wezen... David zag het nut van geen dezer dingen in. Alles mocht anders gelopen zijn, dan hij het zich eens had voorgesteld - Justin was zijn bezitter, hij en zijn soortgenoten behoorden hem toe, zij hadden rondom hem te staan, en als hij zich aan de kant van de ‘aristocraten’ schaarde, dienden zij allen partijgangers van de aristocraten te zijn... Davids bewijsvoering was simpel en zonder vernuftskronkels. Het nam niet weg dat hij leed onder de allerwegen wassende onrust, in het herenhuis, daarbuiten, in Point-à-Pître waar een driekleurige vlag de leliënbanier op de openbare gebouwen verdrongen had. Als dit de
revolutie was, dan kon zij hem gestolen worden; het enige wat hij er aan den lijve van ondervond was de nervositeit der meesters, die hem vooral daaruit bleek dat zij hem hoe langer hoe meer voor hun grillen opeisten en daardoor al minder gelegenheid gaven om te tekenen; wat kon hem erger gebeuren?
En zo was er dan de wrevel, een bijzonder soort van spanning, traag zich samenballend in de zenuwen en gedachten; waar ging de revolutie heen? De kleine planters - de koffie met name - stonden aan de zijde van kapitein Lacroix en de republiek; maar de rijken - en die zaten in de suiker, en de suiker faalde niet, politiek bezien - gesteund door de gouverneur die alle instructies uit Parijs aan zijn laars lapte, heersten in de Assemblée; zij dreven hun zin door, zij schiepen al intrigerend de voorwaarden om