| |
| |
| |
| |
Hoofdstuk IX
Urenlang blokken, dagenlang vossen, scheikunde- en wiskundeformules, Engelse woordjes, Franse grammatica, Schwere Wörter, jaartallen en plantenfamilies, slapeloze nachten, zenuwstillende middeltjes, eten dat niet meer smaakt en het ene proefwerk na het andere; weg radio, weg film, jullie tijd komt ook wel weer, nu is het repetitieweek.
Dan komt zwarte Piet en stopt al die narigheid in de grote zak, waaruit hij eerst allerlei heerlijkheden voor de komende dagen heeft gehaald: suikergoed en marsepein, speculaasvrijers en taaitaai om te eten, Kerstvacantie, Kerstmis, Oud- en Nieuwjaar om je vast op te verheugen. Vergeten zijn dan die dagen van zwoegen en ploeteren, een heerlijke tijd breekt aan, een tijd van lang uitslapen, van brandende kaarsjes en kerstgans, van plumpudding en hulst met rode besjes, van overvloed van tijd om te knutselen en te experimenteren en wie weet, van sneeuw, ijs en schaatsenrijden. En de Hobby Club?
- Het bestuur van de Hobby Club prijst zich gelukkig, kondigde Leo ietwat plechtig op de December-vergadering aan, - voor de Kerstvacantie enkele bijzondere attracties te kunnen aankondigen. De grootste daarvan is een plan van Dick de Vries. Het ligt nl. in ons voornemen in de eerste week van het nieuwe jaar een excursie te organiseren, een excursie van drie dagen per touringcar. Indien ons plan doorgaat, zullen we de eerste dag een bezoek brengen aan de wereldberoemde Philipsfabrieken te Eindhoven, de volgende dag gaan we naar het Rijkszendstation Kootwijk en de derde dag zullen we doorbrengen in de omroepstudio's te Hilversum.
- Begrijp jullie wat dit betekent? Bij Philips zullen we niet alleen zien hoe radiotoestellen worden gemaakt, maar tevens zullen we de enorme fabrieken bezichtigen, waar allerlei onderdelen, lampen, Röntgenbuizen, zenders en electrotechnische
| |
| |
apparaten worden gefabriceerd, terwijl we hopen bovendien nog een kijkje te mogen nemen in de Philips laboratoria, waarover zo'n geheimzinnig waas van wetenschap hangt. In onze touringcar rijden we op comfortabele wijze van het ene wonder naar het andere, want de tweede dag gaan we naar het hartje van de Veluwe, waar tussen uitgestrekte zandvlakten en bossen het grootste radiocentrum van Nederland ligt en verscheidene telefonie- en telegrafiezenders het draadloos verkeer met alle werelddelen onderhouden. Vandaar gaat onze reis naar Hilversum, waar wij allereerst een avond- en nachtuitzending van de wereldomroep PCJ zullen meemaken. De volgende morgen bezoeken we een omroepstudio, één der best ingerichte studio's ter wereld. Tot slot bezichtigen we dan misschien nog 's middags de kortegolfzender PCJ in Huizen. Dit alles zal ons naar alle waarschijnlijkheid mogelijk worden gemaakt door den vader van Dick, den heer de Vries van het Algemeen Handelsblad, die zowel bij Philips als bij de omroep over goede relaties beschikt.
- Eén hoeraatje voor mijnheer de Vries! riep één van de clubleden in spontane dankbaarheid uit en een veelstemmig ‘Hoeraaaa!!!’ daverde door het clublokaal. Dick vertelde hiervan 's avonds zijn vader, die het luidruchtig bedankje zeer op prijs stelde; hieruit bleek hem nl., dat de jongens van de Hobby Club niet alleen iets wisten te waarderen, maar hun waardering ook uitten. De heer de Vries vond het prettig dat zijn zoon, die op journalistiek gebied zo naar hem aardde en waarschijnlijk geheel in zijn voetsporen zou treden, in zo'n aantrekkelijk technisch en artistiek milieu was beland, waar hij de algemeen-technische kennis kon opdoen, die voor den modernen all-round reporter onmisbaar was.
- De kosten van deze excursie worden zo laag mogelijk gehouden. Indien jullie daar geen bezwaar tegen maken, zullen we collectief lid worden van de Nederlandse Jeugdherbergcentrale, nu natuurlijk om goedkoop te kunnen overnachten en zelf ons etentje te kunnen klaarmaken, maar ook omdat we in de toekomst dit prachtige werk zoveel mogelijk moeten steunen. Een gulden of vijf zal de tocht zeker kosten en als iemand het niet betalen kan, je weet het recept. En schaam je je er in hemelsnaam niet voor even bij ons te komen praten, want dat is onzin. Niemand hoeft zich er voor te schamen, wanneer ze het thuis niet kunnen missen; we zijn hier als vrienden onder elkaar en zoals ik al meer gezegd heb: het maakt voor ons geen verschil of de een zijn vader onge- | |
| |
lukkigerwijze wat minder verdient dan de ander. Zo mager is de clubkas nu ook niet, dat we niet een paar gulden zouden kunnen bijpassen.
- Een tweede belangrijk programmapunt voor de Kerstvacantie is de grote Kerstfuif, die op Zaterdagavond 28 December door onze schoolvereniging wordt gegeven. Neen, nu geen medelijdende lachjes; ik weet net zo goed als jullie, dat onze schoolvereniging O.N.A. (Ontspanning Na Arbeid) een tikje taai en zielig is, te ouderwets van opzet en te zoetsappig, maar dat neemt niet weg dat we, nu het bestuur er van onze medewerking heeft ingeroepen, ons uiterste best moeten doen van die Kerstfuif een daverend succes te maken. Ze voeren gelukkig een goed toneelstuk op: ‘De familie Kegge’ van vriend Hildebrand, in een toneelbewerking van Ir. Valkema Blauw, je weet wel, die schrijver van enkele werkelijk spannende technische jongensromans, één van de weinigen in ons land. Wij zorgen voor de verlichting en voor een ouderwets klinkende achtergrond van muziek. De costumes van de familie Kegge zijn zo duur, dat ONA geen band kan betalen; des te beter, met onze nieuwe versterker zullen we zelfs den Geit met zijn rheumatiek laten swingen! Onze schijnwerper- en geluidsinstallatie moeten overdonderend zijn! In de jongenskleedkamer van het gymnastieklokaal zullen we een complete omroepstudio inrichten. Ook moeten we zelf voor enkele attractieve nummers zorgen en daarvoor hebben we een prijsvraag uitgeschreven. Verzin iets aardigs en vergeet niet onze technische mogelijkheden! Inzendingen of voorstellen binnen een week. De hele club is de jury; de bekroonde onderwerpen worden op de Kerstfuif uitgevoerd en de inzenders er van krijgen als prijs een gratis portretfoto met een reuzen-vergroting van 30 bij 40 centimeter! Laat die kans niet voorbijgaan en doe je best! Veel inspiratie en succes!
- In de Kerstvacantie kunnen we zoveel middag- en avondbijeenkomsten houden als we maar willen, zodat we dan een hoop werk kunnen verzetten. Onder leiding van mijnheer Verburg gaat de afdeling Electriciteit met behulp van de inmiddels nog verbeterde wikkelmachine een Ruhmkorff-hoogspanningstransformator voor 100.000 volt bouwen, terwijl tevens een Tesla-spoel op het programma staat, waarmee je nog hogere spanningen kunt bereiken. We gaan een begin maken met een klein hoogspannings-laboratorium, waar we de meest interessante proeven zullen kunnen doen.
- Zoals jullie zo dadelijk kunt zien, heeft de foto-afdeling
| |
| |
prachtig werk gedaan, o.m. 52 standfoto's van onze film, die alle tot 18 bij 24 cm. vergroot zijn. Op 27 December begint Taco zijn cursus Fotografie. Alle leden met of zonder toestel zijn welkom. Je leert ook het donkere-kamer-werk. Neem van thuis negatieven mee, die kun je dan tegen uiterst lage prijzen bij ons afdrukken en vergroten. Een 6 bij 9 afdruk kost je dan de somma van drie cent!
- Wat onze krant betreft, van het eerste nummer hebben we 286 exemplaren aan den man weten te brengen, een mooi succes, vooral ook voor de clubkas. Voor het volgend nummer kunnen we nu enkele cliché's laten maken, opnamen uit de film, en op de schoolfuif, waar hopen ouders en kennissen komen, gaan we een grootscheepse reclamecampagne beginnen. Bij wijze van proef krijgt de krant een iets algemener karakter; dit met het doel om HOBBY voor niet-leden aantrekkelijker te maken. Op de redactievergadering is gebleken, dat jullie voor goede en interessante kopij hebt gezorgd, zodat het tweede nummer ongetwijfeld bij ieder in de smaak zal vallen. Laat iedere medewerker zichzelf overtreffen bij het schrijven van een artikel voor het derde nummer. In onze geheime portefeuille zitten plannen, waarvan jullie zult opkijken!
- Er is mij van verschillende kanten gevraagd of leerlingen van andere scholen ook lid kunnen worden. Na rijp beraad heeft het bestuur gemeend nieuwe leden voorlopig te moeten afwijzen. Dit wekt misschien jullie verwondering, te meer daar we pas een propagandafilm hebben gemaakt, maar we hebben er een gegronde reden voor. Dit besluit wordt echter pas van kracht als jullie er je goedkeuring aan gehecht hebt en vóór we gaan stemmen, zal ik trachten jullie uit te leggen wat ons tot dit eigenaardige besluit heeft gebracht.
- We hebben nu 58 leden en zouden ons geen raad met de ruimte weten als dit aantal verdubbelde. Door andere scholen toe te laten zou ons dit overigens makkelijk lukken. In zeker opzicht is het natuurlijk jammer, dat we door gebrek aan plaatsruimte de club niet kunnen uitbreiden; onze inkomsten door de contributie zouden immers evenredig groter worden. Maar zelfs met meer plaatsruimte, zelfs dan zouden we de club niet al te veel moeten uitbreiden. Misschien vind je me geheimzinnig en onbegrijpelijk, maar ik zal 't je duidelijk maken.
- Waar het om gaat is dit: de Hobby Club mag ons niet over 't hoofd groeien. Vóór alles moeten we voorkomen, dat we 't niet meer aankunnen, dat we 't organisatorisch niet meer
| |
| |
kunnen bijhouden. Zoals ik in October op de propaganda-avond zei: de Hobby Club is een experiment, een experiment vol van leven en avontuur, wellicht het spannendste en interessantste experiment van ons jongensleven, maar: 'n experiment. Nu, na amper twee maanden, kunnen we nog niet zeggen of het experiment ten volle geslaagd is. Al lijkt het misschien van wel, zekerheid krijgen we pas het volgend jaar. De Hobby Club is nog maar klein vergeleken met wat we willen bereiken, maar dat is juist goed, want: een experiment heeft alleen maar kans in 't groot te slagen, als 't in het klein in alle opzichten gelukt is. Daarom is het, dat we de club voorlopig klein moeten houden!
- In haar tegenwoordige omvang moeten we de club perfectionneren, moeten we trachten te komen tot een volmaakte samenwerking en organisatie. Met de ons beschikbare tijd en geldmiddelen moeten we het grootst mogelijke nuttige effect zien te bereiken, we moeten streven naar de hoogst bereikbare ‘efficiency’. We moeten van elke hobby zorgvuldig nagaan, welke mogelijkheden er in schuilen, we moeten onze werkmethoden tot het uiterste verbeteren en we moeten uitvinden welke methoden het beste zijn om beginners op te leiden.
- De leden van vandaag zullen de leiders, zullen het kader moeten vormen van de Hobby Club van morgen. En als we hard aanpakken, dan kunnen we na de grote vacantie gaan uitbreiden, dan kan de Hobby Club onder onze leiding uitgroeien tot, - en wat ik nu ga zeggen klinkt als een voorspelling, waarvan ik geloof, waarvan ik heilig geloof dat ze zal uitkomen -, dan kan de Hobby Club uitgroeien tot één van de grootste en belangrijkste jeugdorganisaties in Nederland.
- Later zullen duizenden, ja wellicht tienduizenden jongens van onze pioniersarbeid kunnen profiteren en daarom is het zaak voorlopig in klein verband tot een zo goed mogelijke organisatie te komen en nauwkeurig na te gaan, welke mogelijkheden een vereniging volgens onze ideeën later op grote schaal kan bieden. Er zijn tienduizenden technische knutselaars in ons land, die niets liever zouden willen dan lid te zijn van een vereniging als de onze. Het is in hun belang, dat wij ons ten volle rekenschap geven van alle problemen en moeilijkheden, waarmee een club, die nog in haar kinderschoenen staat, te kampen heeft. En wanneer we deze naar behoren hebben ongelost, dan is de grondslag gelegd van de organisatie waarvan ik jullie zojuist sprak.
| |
| |
- We moeten ons derhalve voor ogen stellen ons verenigingsleven op een zo hoog mogelijk peil te brengen om daarmee onze club geschikt te maken voor uitbreiding. Aan de hand van de door de secretaris en afdelingenleiders te boek gestelde resultaten kunnen we dan in de zomervacantie van het volgend jaar definitieve plannen voor de grootscheepse uitbreiding opstellen en tot uitvoer brengen. In mijn fantasie zie ik een groot gebouw als centrum van een bloeiende technische jeugd-organisatie, waar honderden jongens hun vrije tijd op dezelfde prettige en leerzame wijze kunnen doorbrengen als wij en waar een staf van leiders hun vrinden de weg wijzen, die zij zelf met zoveel succes zijn ingegaan. Daarbuiten zie ik, verspreid over heel Nederland, plaatselijke afdelingen van de Hobby Club, die een even intensief clubleven genieten als wij. Nog is dit fantasie, maar met jullie medewerking kan en zal deze fantasie werkelijkheid, grootse werkelijkheid worden. En daarom vraag ik jullie net als op de oprichtingsvergadering: zùllen we....?
Weer trilden de ruiten en dreunde de vloer, toen Leo antwoord kreeg op zijn vraag, maar nu veel harder dan op die historische Woensdagmiddag 7 October. Nu waren het meer dan vijftig voeten en kelen, die het bevestigend antwoord gaven en acoustisch de groei en krachtstoeneming van de Hobby Club demonstreerden.
- En wat is jullie antwoord in zake voorlopig klein-houden of uitbreiden?
- Klein houden! riepen alle jongens eenstemmig!
- Welnu, laten we dan onze krant en film beschouwen als een middel niet om leden te winnen, maar om harten te winnen. Film en krant moeten onze ideeën uitdragen naar de jongens van Nederland om hen nu al rijp te maken voor hun toekomstig lidmaatschap van de Hobby Club. Hierbij laat ik 't voorlopig. Binnen een maand.... neen, laat ik jullie niet nieuwsgierig maken.
* * *
- Meneer, mag ik even naar achteren, ik voel me zo raar, zo naar.... zo misselijk! vroeg Leo, terwijl hij Fred een knipoogje gaf.
- Of course, but hurry up!! haastte de Engelse leraar zich te zeggen, vrezend dat hij er anders zelf met een dweil aan te pas moest komen.
Leo snelde kokhalzend en de gekste grimassen trekkend de klas uit. Hij had het juiste ogenblik gekozen.
| |
| |
Peukie, de Engelse leraar, zo genoemd omdat hij de peukies van zijn sigaar altijd zorgvuldig bewaarde en later weer opstak, omdat het nu eenmaal zonde was ijlings een hele sigaar het raam uit of de kachel in te gooien als de directeur onverwachts binnenkwam, - Peukie ging de repetities van de repetitieweek teruggeven. De traditie eiste dat het nu ‘donderen’ werd. Of het nu aan meneers maag of aan zijn darmen lag, dat wisten de jongens niet, maar het was een feit, dat Peukie zijn woede vaak inhield en opspaarde tot een geschikt moment. Dat moment was daar. Het onheil zat in de lucht, je kon het voelen. Peukies anders zo waterige oogjes begonnen vuur te schieten, in het pukkelig voorhoofd zwollen twee aderen tot een dreigende V, hij schraapte zijn keel bij wijze van aanloop, trok met een ruk zijn afhangende schouders omhoog en tikte twee maal met zijn voet op het podium. Dit was het aanvangssignaal; de klas wist het en voelde zich het schaap, dat ter slachtbank werd geleid....
- Dááár!!!!! Daar hebben we weer zo'n ten hemel schreiend geval! Mertens, die ik het laagst denkbare cijfer, 'n één hebben moeten toekennen. You stupid, you fool, luieren en pesten, dat kun je wel, hè? Moet je me daar van dat stuk ongeluk een vertaling lezen! The bad man made his breakfast moest hij vertalen en wat schrijft me die lummel......: De badman maakte zijn broek vast. Hááá!!!! Daar lachen jullie om? Huilen moesten jullie om dien sufferd. Die jongen is zielig.... die kan niet leren.... die moet van school af.... die is dom.... die is achterlijk! Dat zijn jullie allemaal, allemáál, zeg ik jullie!!!
Peukie veegde met zijn zakdoek zijn van woede zwetend voorhoofd af, mepte met zijn vuist op de tafel en ging voort:
- Bakker, als jij nog eenmaal het hart in je lijf hebt een dergelijk vies-vet-vunzig-vlekkerig vod papier in te leveren, dan sla.... let goed op zeg ik je: dan sla ik je hersens in elkaar!! Brood met leverworst eten in de pauze, hè? Ik lust jouw leverworst niet! Hier, pak aan, een twee, welverdiend! Ik.... hè, wie zit daar zo te zoemen? Adriaanse, ben jij dat weer? Ga d'r maar uit, daar is het gat van de direct.... directeur, - ùh, van de deur, ga naar de directeur!
Had Peukie even een flater geslagen door per ongeluk de twee geijkte zinnen samen te trekken! ‘Wáár????’ brulde Fred, die den directeur nog nooit van de door Peukie genoemde kant had gezien, waardoor hij zichzelf tot martelaar voor de goede zaak maakte, want ook hij moest de klas verlaten, het- | |
| |
geen hij onder deze omstandigheden maar al te graag deed. Adriaanse daarentegen vertikte het om d'r uit te gaan, beweerde dat het geluid van achter de muur kwam en had daarin gelijk: achter de muur klonk een zacht gebrom.
Het uitdelen van proefwerken en verwensingen ging voort, de banken en ruiten trilden, Peukies stem werd zwakker en schor; de klas daarentegen werd steeds weerbarstiger, aangemoedigd door het ‘schandelijke’ gedrag van Fred. ‘Hitler was d'r een kind bij!’ riep een jongen triomfantelijk. Nu begon de herrie pas recht en een nieuwe stortvloed van scheldwoorden barstte over de onschuldige kinderhoofdjes los. Werkelijk, zoveel herrie had Leo niet verwacht.
Leo?..?..?..? Ja-zeker, Leo! Leo wàs niet bezig achter de deur met het opschrift ‘Jongens’ zijn maag binnenste buiten te keren! Fred was niet naar den directeur gegaan! Adriaanse had niet zitten zoemen! Leo zat met een koptelefoon om te luisteren en.... gnuifde. Dat werd nog eens een unicum van een opname! Regelmatig ‘zoemde’ naast hem de motor van het opname-apparaat, zorgvuldig regelde hij het geluidsvolume en veegde hij de spaan van de Pyral-plaat. Zet 'm op, Peukie!
Leo was bezig met een hoogst exclusieve opname voor de Kerstfuif. Met toestemming van den Directeur had hij 's morgens in het kaartenkamertje tussen het aardrijkskunde- en Engelse lokaal zijn opname-apparatuur opgesteld en in het laatstgenoemde lokaal achter een radiator van de centrale verwarming een microfoon opgehangen. Het geheel functionneerde voortreffelijk, evenals Peukie, die zelden zo op dreef was geweest als die dag. Dit moest het grootste lach-salvo van de Kerstfuif worden. Leo hoopte vooral, dat de oneerbiedige uitlating over den directeur goed verstaanbaar op de plaat was vastgelegd: een paedagogisch document van onschatbare waarde.
- Freddie, lik jij met 't kwastje de spaan even op, dan kan ik die geluidspieken van Peukie beter in de gaten houden, zei Leo tegen Fred die doodgemoedereerd was komen binnenwandelen.
Dwars door de muur klonk het gebulder van Peukie. Leo zat met ingehouden adem te luisteren, vol spanning of hij op de plaat, die bijna vol was, tot slot nog iets kon opnemen dat de moeite waard was. In de klas moest de atmosfeer nu met electriciteit geladen zijn, zo wond Peukie zich op. Hoor, hij hijgde van verontwaardiging.
| |
| |
- Het is buigen of barsten! kreet de leraar, een beroerte nabij, - en ik buig niet!!
- Nou, barst dan maar, mijnheer!! riep een jongen, die gevoel voor logica bezat. Volgens het meetinstrument van de versterker steeg toen de woede van den leraar en het applaus van de klas voor het eerst tot 130 milli-Ampères....
* * *
Er gebeurden die dagen rare en geheimzinnige dingen op school en toevallig, hoogst toevallig, steeds tijdens de lessen van 4B. Leo had veel last van onpasselijkheid en moest zich dan enkele minuten ver-excuseren. Even later werd dan weer het zachte gezoem hoorbaar....
Ditmaal was het gezoem voor Fred het sein om zijn tas, die op de grond lag, open te doen. Even het slot omhoog drukken, twee drukkertjes los.... en hij had zijn plicht al weer gedaan. Onder de stoel op het podium lagen enkele snippertjes roomkaas en dat roken de muizen, die het in die donkere tas maar bar ongezellig hadden gevonden. Ze likten met hun muizentongetjes hun muizenbekje en renden er heen. Het was geenszins toevallig dat voor die stoel een paar hooggehakte damesschoenen stonden en dat uit deze schoenen hoog en statig de gestalte van Arabella, de rood-harige Franse lerares, steeg.
En weer kon Leo achter zijn opname-installatie zitten glunderen, want Arabella hield niet van muizen; integendeel, ze was er als de dood voor. Schel tetterde haar nerveuze stem: ‘Oooh....! Oooooohh!! 'n Muis! A-jàsses.... ooh help! Hellep!! Een muis!!’ Ze leek een vogelverschrikster, die voor operazangeres studeerde. Angstige meisjesgilletjes begeleidden haar, terwijl er ook een koor van jongensstemmen was: Past u op, juffrouw, straks bijt-ie nog! Poldervaart slaakte plotseling een doordringende gil en krijste als een oude-jonge-juffrouw ‘Oh, grote griezel! Ik ga kapòt van angst!!!’, waarop de andere jongens, wier jagersinstinct was ontwaakt, op jacht gingen met ‘Pak 'm’, ‘daar-is-ie!’ en ‘Hè, bijna had ik 'm gehad!’ Even week de paniekstemming van Arabella en koelbloedig drukte ze op het belletje, dat den concierge zou waarschuwen.
De Sik, de concierge, kwam met zijn sik en haalde er even later zijn kater nog bij. Nu werd de klas een miniatuur circus met door elkaar rennende jongens, een gillende juffrouw, een krijsende kater, die bijna overal doorheen wist te glippen, twee piepende muizen die helemaal overal doorheen wisten te glip- | |
| |
pen en de stem van den Sik, die met een air van gewichtigheid tot kalmte maande.
‘Kalmte’, dacht Leo. ‘Hoe krijgt die puntbaard 't in zijn hoofd! Hoe meer herrie, hoe liever 't me is. Maar gelukkig, de jongens weten hun taak, kennen hun plicht, ik heb ze vanmorgen immers nog gevraagd zo duidelijk mogelijk en gearticuleerd te schreeuwen’ en met lustige zwieren veegde hij de spaan weg.
De derde plaat, die op school werd opgenomen, was er één, die ‘acoustische studie van het niespoeder op het reuk-orgaan des leraars en zijne gevolgen’ genoemd kon worden. Ditmaal werd de geschiedenisleraar, die toch al zo veel zakdoeken versleet en tot Leo's genoegen over een zeer gevoelig reukorgaan beschikte, het slachtoffer. Leo slaagde er in een prachtige opname van deze aanval met niespoeder te maken, een opname, die begon met de slag bij Waterloo en snuiven; en eindigde met een kanonnade van niessalvo's. Brokken geschiedenis, snuiven, vervloekingen, razen, tieren, niezen en snuiten en jaartallen wisselden elkaar af. Met instemming van de hele klas bleef de dader onvindbaar en dat kostte 4B drie ochtendjes, die ze er met pleizier voor over had.
‘Niespoeder 25 cent. Twee muizen 40 cent’, schreef de penningmeester van de Hobby Club enkele dagen later in zijn kasboek onder ‘buitengewone uitgaven’. Hij schudde lachend zijn hoofd en dacht: ‘Nooit weer krijg ik zo'n rare post!’
|
|