Verzamelde gedichten(1993)–Hendrik de Vries– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [p. 725] [Een vogeltje zong een wonderlijk lied:] * Een vogeltje zong een wonderlijk lied: ‘Ken je 't prinsesje niet? 's Avonds wandelt ze langs de vliet Waar niemand haar ziet. Dat prinsesje zo klein zo mooi Bewoont in 't groot statig paleis Een kamertje als een vogelkooi. 's Morgens gaat ze naar de fontein, Roept ons toe: “Kom hier want ik strooi! Ga je nog ver? Neem dit mee op reis.” Ik weet niet wat ze 's middags doet. Net als wijzelf: slapen, misschien? Wie heeft haar 's middags ooit gezien? 's Avonds, als niemand iets vermoedt...’ ‘Stil, stil,’ riep een ander vogeltje: ‘Stil, Ze weet wat ze wil, en 't gaat goed, heel goed. Ja, 't wordt nog een prachtige trouwpartij Dwars door 't bos, en wij zijn er allemaal bij, Maar onthou van mij, dat je zwijgen moet.’ Vorige Volgende