en vinken, mussen en merels, roodborstjes en een winterkoninkje.
Ze weten het nu allemaal, dat de boswachter voor hen zorgt. Hij heeft ook een bakje water bij het vogelhuisje gezet.
Kijk eens, wat is dàt nu?.... Alle vogeltjes vliegen verschrikt weg. Zou de poes er weer aankomen?....
Neen, er komt iemand anders. Een man met een tas op zijn rug. En met blinkende koperen knopen aan zijn jas.
'Grootmoe! Grootmoe!' roept Gerdientje. 'Daar komt de postbode aan!'....
Grootmoe is al bij de deur. Gerdientje gluurt om een hoekje. Wat haalt de postbode uit zijn tas?.... Eerst een krant en dan.... een brief? Ja, óók een brief.
'Wil je een kopje koffie, postbode?' vraagt Grootmoe.
Maar de postbode heeft geen tijd. Hij moet nog veel meer brieven en kranten wegbrengen. En hij is al zo laat vandaag. Hij moppert op de sneeuw. Dan gaat hij weg. En Grootmoe komt blij de kamer binnen en houdt een dikke brief omhoog.
'Hier is hij nu!' zegt zij.
'Uit Indië, Grootmoe?'
Ja, dit is de brief, waar Gerdientje zo naar verlangde. Zij mag hem zelf openmaken. Grootmoe zet haar bril op.