Dat houdt meer van de broodkruimels. Het springt in het huisje en eet zijn buikje vol.
'Dat is een vinkje,' zegt Opa.
Nu komt er ook nog een zwarte vogel aan. Die is groter dan de vink en hij heeft een gele snavel. Hij pikt heel hard in de peer en schrokt de stukken naar binnen. Nou, hij lust hem best, hoor, al is die peer een beetje rot!
'Hoe heet die vogel, Opa?'....
Maar Opa geeft geen antwoord.
Hij haalt een boek uit de kast en geeft het aan Gerdientje. Het is een vogelboek. Er staan wel honderd plaatjes in. Op elk plaatje staat een vogel. En er onder staat de naam.
'Ziezo,' zegt Opa, 'zoek nu zelf maar uit, hoe die zwarte vogel heet.'
O ja, dàt is een leuk spelletje. Gerdientje zoekt en zoekt....
'Een merel!' roept ze ineens luid.
'Een kerel?' vraagt Grootmoe verschrikt. 'Waar is die kerel?'....
En zij kijkt naar alle kanten uit het raam.
Opa moet er hard om lachen. Gerdientje schatert mee. En die arme Grootmoe begrijpt er niets van.
Maar Gerdientje legt het haar uit.