eeuwen vroeger elektrische pillen hadden vervaardigd.
De blaam, dat Vergilius al eeuwen zo vervalst wordt, treft dan ook iedereen en
niemand: eerst na de flexionele behandeling van het Frans door
Mallarmé, Valéry en Roussel kon men Vergilius
approximatief korrekt vertalen.
De dichter P. Vergilius Maro, geboren anno 70 te Andes bij Mantua werd ons dan
ook overgeleverd als de bukolieker bij uitstek (en ocharme, een minus als Racan
heette men zelfs le Virgile français!).
Middelbareschoolstudenten lezen stukken uit Bucolica, Georgica
en Eneïs. Deze teksten illustreren de lessen in
woordenschat meer dan het toenmalige leven, en leren dat er typische rijmritmen
bestonden.
Maar oorspronkelijk, zegt Marmontel, was 't heldendicht niet de navertelling van de aktie, wel de nabootsing ervan.
Klossowski leidt zijn nieuwe en sensationele Eneïsvertelling dan ook in met de scherpzinnige opmerking dat
de imitatie van de aktie door middel van woorden dan ook 'n botsende, tollende,
bruisende taal vereist, waarin de verhalende funktie van
weinig belang wordt: ‘Het zijn de woorden die een houding aannemen,
en niet de lichamen; die zich laten weven, en niet de kledingstukken; die
blinken, en niet de wapens; die grommen, en niet de stormen; die bedriegen, en
niet Juno; die lachen, en niet Cytherea; die bloeden, en niet de
wonden.’ De nieuwe vertaling van Klossowski eist dan ook een aktieve lezer, die de woorden van dichtbij volgt, meer dan het
verhaal, die schokken ondergaat, meer dan vast te stellen dat de personages
geschokt worden. Hopelijk belichten twee korte citaten dit alles beter: Crudelis
ibique / luctus, ubique pavor et plurima mortis imago (11, 369):
Déchirant en tous lieux / le chagrin, en tous lieux l'angoisse et de
la mort l'angoisse innombrable: Gruwzame overal en / rouw, en overal het