Meiregen: een bundel kinderverzen(1925)–Margot Vos– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 16] [p. 16] Zoo'n dommerd Waar kwam ze vandaan Dat piepjonge ding? Ik denk uit het spikkelbont ei. Ze wist nog niet veel, Ze loerde wat scheel, Maar bang was ze niet voor mij. Ze lag in de goot Spiernakend en bloot, Zoo'n dom, onvoorzichtig dier! Geen veer had ze an, Ik schrok er haast van En bromde; ‘Hoe kom je toch hier?’ Maar toen ik haar greep, Warempel ze beet En pikte me fel in den pink. ‘Ho, ho, kameraad, [pagina 17] [p. 17] Ik doe je geen kwaad; Ik breng je bij moeder-de-vink!’ Die zat op het nest En keek naar de rest Als telde ze eentje te min. Wat pinkte ze blij, Toen 'k stilletjes lei Die dommerd er weer tusschen in! Vorige Volgende