152. Het toneel
De merkwaardigste pogingen tot dramatische vernieuwing hebben plaats gehad buiten de kring van het beroepstoneel. Zowel de expressionistische experimenten met de vorm [in Vlaanderen o.a. door Teirlinck gewaagd] als de bewuste wijzigingen in de inhoud, vond men in Nederland voornamelijk bij de studentenspelen. Ook in de socialistische beweging en de katholieke kerk trachtte men de algemene gevoelens uit te beelden door massale scènes op te voeren. Symbolische figuren, een sociologische in plaats van een psychologische verantwoording, spreekkoren en massabewegingen, kenmerkten deze interessante tak van de dramatische kunst. Behalve door Henriëtte Roland Holst is dit genre ook beoefend door Anthonie Donker: Maar wij.... [1933], en in katholieke kring o.a. door Jac. Schreurs.
In opdracht van studentenverenigingen ontstonden ook De Vliegende Hollander [1930] door M. Nijhoff; De Havenstad [1933] door Victor E. van Vriesland; Turandot [1936] door Jan Engelman; en Mallemolen [1938] door Maurits Dekker. Hoewel niet in opdracht geschreven, werden toch uitsluitend door studenten ten tonele gebracht De Pantserkrant [1935], een anti-militaristische satire door Menno ter Braak; het spel van het Humanisme Erasmus [1936] door Garmt Stuiveling, en Sumbo N.V. [1938] door F. Bordewijk. Het beroepstoneel, dat ernstig van de economische crisis te lijden had, experimenteerde slechts op bescheiden wijze. De stijgende aandacht voor het verleden bleek o.a. uit enkele historische spelen, zoals Overwintering [1931] door J. Slauerhoff. Bijbelse inspiratie deed alph. laudy de Paradijsvloek schrijven, welk stuk een reeks succesrijke vertoningen beleefde.
Dat de society-sfeer ook binnen onze grenzen tot vlotte blijspelen aanleiding kon geven, bewees a. den hertog [1889-1958], van wie o.a. De Privé-secretaresse [1934] en Ex-koning Peter [1936] een lange rij opvoeringen haalde. Andere auteurs van dramatisch werk zijn o.a. a. defresne [1893-1961] Het onbewoonde eiland [1941], ben van eysselsteyn [geb. 1898] De duivel op aarde [1931], en jan de hartog [geb. 1914] De ondergang van de Vrijheid [1938]. Laatstgenoemde, die reeds op zijn 20ste jaar een merkwaardige roman: Ave Caesar [1934] had uitgegeven, verwierf later met toneelwerk, in het Engels geschreven, veel succes.