Suriname: Spiegel der vaderlandse kooplieden
(1980)–Ursy M. Lichtveld, Jan Voorhoeve– Auteursrechtelijk beschermd
Regelnummers proza verbergen
| |
[pagina 219]
| |
XII Het leeven en bedryf van een Surinaamsze directeur met de slaaven op een koffi-plantagie.Van een ons verder onbekend auteur Pieter van Dyk verscheen in Amsterdam zonder jaartal een merkwaardige handleiding in het Negerengels onder de even merkwaardige titel:
Nieuwe en nooit bevooren geziene onderwyzing in het Bastert Engels, of Neeger Engels ... Met volkoomene onderrigting, by maniere van 't zaamen-spraaken, hoe en op wat wyze zig ontzien en bemind te maaken, zonder over te gaan tot zoodanige onmenselyke wreedhedens, als daar zomtyds in het werk worden gesteld; die volstrekt nergens anders toe konnen dienen dan om, van goede, kwaade slaaven te maaken, tot onvermydelyk nadeel der geinteresseerdens.
Hugo Schuchardt vermoedde, dat het werkje tussen 1778 en 1787 gedrukt werdGa naar voetnoot1. Voor zover wij hebben kunnen nagaan, werd het in ieder geval na 1761 gedrukt. De schrijver had, zoals ook al uit de titel blijkt, een tweeledig doel: hij wilde onderricht geven in de slaventaal en in de juiste omgang met slaven. Dit laatste is voor hem zo belangrijk, dat hij in de Op dragt aan myn vriend Tepper speciaal de aandacht vestigt op deze zijde van zijn werk:
Zie daar, Vriend, hier hebt gy het Leeven en Bedryf van een Directeur, daar UE. zelfs Oog-Getuige van bent geweest. Om de Zeeden niet te kwetzen, heb ik de Vloeken agter weegen gelaaten, zoo veel in myn Vermoogen was en ik heb hier meede by gevoegt, het Dag-Journaal van een Administrateur, zynde een aaneenschakeling van Tierannye. Niet Beminde Leezer, dat UE. moet een Denkbeeld hebben dat alle Directeurs en Administrateurs zoo Leeven! Dat zy verre van dien..... | |
[pagina 220]
| |
Verder geeft hij dan nog in deze opdracht een beschouwing over de juiste wijze van omgang met slaven. De schrijver heeft dus naast een korte handleiding in het Negerengels twee werkjes opgenomen, die een beeld moeten geven van de praktijken van de Surinaamse plantagedirecteuren en administrateurs. In het door ons geraadpleegde exemplaarGa naar voetnoot1 was het aangekondigde Dag-Journaal van een Administrateur echter niet aanwezig. De zeer uitvoerige samenspraak over het Leven en Bedryf van een Directeur geeft echter een duidelijk beeld van de bedoelingen van de schrijver. Hij stelt dit stuk voor als een relaas van authentieke gebeurtenissen, waarin hij zelfs zijn vriend Tepper een bescheiden rol laat spelen. De slechte slavenmeester (de directeur die voor de minste fout of vergissing de kwaadaardigste straffen bedenkt) wordt gesteld tegenover de goede (de eigenaar zelf, die tenslotte het beheer over zijn door het wrede optreden van de directeur geruïneerde plantage in eigen hand neemt). De schrijver protesteert niet tegen het systeem van de slavernij; hij hekelt een | |
Tekst.
directeur:
3Hoe menni jen fom buy?Ga naar voetnoot3
jongen:
5Master, zikkezi na haffi.
directeur:
7Hoe fa den blakke jurka no jarri koffi?Ga naar voetnoot7
jongen:
9Mastra den takki: pikien morre, wateren no boli jetti.
directeur:
11Go kalli bassia.Ga naar voetnoot11 | |
[pagina 221]
| |
willekeurig en wreed optreden in de eerste plaats, omdat het nadelige gevolgen heeft voor het bedrijf. De goede slavenmeester is dan ook een nuchter zakenman, die door een betere behandeling meer profijt van de slaven trekt. De samenspraak maakt zulk een onwaarschijnlijk naïeve indruk, dat het moeilijk is aan een authentiek relaas te blijven geloven. Alle menselijkerwijs te maken beleidsfouten worden in enkele dagen door die ene figuur van de plantagedirecteur begaan. Toch krijgt men uit dit stuk een beeld van het leven op een plantage in Suriname en de daar heersende sociale verhoudingen. Wij hebben daarom deze samenspraak sterk verkort opgenomen. De Negerengelse tekst werd slordig gedrukt. Alleen de drukfouten werden verbeterd. Spellings- en taaleigenaardigheden werden uiteraard gehandhaafd. Enkele onhandige vertalingen als myn Jan Dood voor mi jan do en Naam-Ziek voor nem-ziki geven niet veel vertrouwen in de grondige taalkennis van de schrijver. De Nederlandse vertaling is op vele punten zeer vrij. | |
Tekst.
directeur:
3Hoe laat is het Jongen?
jongen:
5Meester half zeeven.
directeur:
7Waarom brengen die zwarte Duivels de Koffi niet?
jongen:
9Meester zy zeggen, een beetje meer zal het Water kooken.Ga naar voetnoot9
directeur:
11Roep de Officier. | |
[pagina 222]
| |
zwarte officier:
2Mastra mi de. Mastra kalle mi?
directeur:
4Go na de koekrom en jarri den homan alle toe.
lucresia en aurora gelykGa naar voetnoot5:
6Mastra za mikki den fom wi? Wi no doe wan ogeri.
directeur:
8Oeno doe wan ogeri? Mi za zori joe lange wipi hoe zantiGa naar voetnoot8 9 oeno doe. Da tem mi tan ope, koffi no mos tan klari? Loese 10 joe wipi bassia!
aurora:
12Grantanki Mastra, a noefe. Ogro gado, mi no za doe more.Ga naar voetnoot12
directeur:
14Fom jurka, miki schien pile kwetti.
aurora:
16Grantanki mastra, myki disi trom passa, mi za locke morre 17 bon.
directeur:
19Bassia, fom trawan, gi da homan morre liki joe gi da fossi-20wan; offe no so, jurka za brakke joe nikki.
prinçesGa naar voetnoot21:
21Hoe zan doe joe, hoe fa joe de krey? | |
[pagina 223]
| |
zwarte officier:
2Meester hier ben ik: roep je myn?
directeur:
4Gaâ na de Keuken en breng hier alle twee de Meiden.
lucresia en aurora gelyk:
6Meester, zellen wy slaagen krygen? Wy hebben geen kwaad 7 gedaan.
directeur:
9Heb je geen kwaad gedaan! Ik zal jou wyzen met de Zweep, 10 wat kwaad dat je luy gedaan hebt. Als ik opstaâ, moet de 11 Koffi dan niet klaar zyn? Doed jou Zweep los, Officier.
aurora:
13Dankje Meester, het is genoeg slaagen. ô! God, ik zal 't niet 14 weêr doen.
directeur:
16Slaâ Duivel, dat de heele Huid breekt.Ga naar voetnoot16
aurora:
18Dankje Meester, laat het nu reis paszeeren, ik zal op een ander 19 Tyd beeter oppaszen.
directeur:
21Officier, slaa die andere Meid en geef haar meer dan de eerste, 22 anders zal jou de Duivel de Nek breeken.
prinçes:
24Wat scheeld jou, hoe Huilje zoo? | |
[pagina 224]
| |
lukresia:
2Bekassi da koffi no tan klari na tappe tafelen, da tem da ogeri 3 mastra tan ope na slibi.
prinçes:
5No myki a jerri, a sa kili joe. Hoe ply a de?
lukresia:
7a Ziddom fo drinki koffi fo memere hoe ogeri a zel doe naGa naar voetnoot7 8 zomma tide. [De Directeur zit met de blanke officier aan tafel en spreekt over het werk.]
directeur:
12Hendrik, tikki da rosi vissi, joe moese jam bille volle. MiGa naar voetnoot12 13 wensi joe locke morre bon na joe worke, joe habi bon hatti 14 te moesi fo negere, da zo hede den no de worke noefe.
blanke officier:
16Myn heer, hoe zanti joe wandi mi doe lange dem?
directeur:
18Joe hakkesi zoo lauw zanti. Joe moese fom dem morre likkie 19 joe doe, dati mi wandi.
blanke officier:
21Hoe fa mi zel fom wan zomma diesi no doe ogeri?
directeur:
23Joe ogeri bakkera bassia, hoe zan joe memmere? Mi blibi joeGa naar voetnoot23 24 wan bon maatie fo dem.
blanke officier:
26Joe no mos kosse mi, mi no negeri fo joe.
directeur:
28Go na joe kamere, mi no wan takki na joe morre. | |
[pagina 225]
| |
lukresia:
2Toen die kwaaije Meester uit zyn Slaap-Kaamer kwam, was 3 de Koffi niet gereed.
prinçes:
5Maak niet dat hy het hoord, want hy zou je den Hals breeken. 6 Waar is hy?
lukresia:
8Hy zit Koffi te Drinken en bedenkt wat kwaad hy ons zal 9 doen van Daag.
directeur:
11Hendrik, neemt die Geroosterde Vis en Eet je Buik vol, dog 12 ik wenschten wel dat je wat beeter na je Werk keek, maar 13 je hebt een goed Hart voor de Zwarten, daarom willen zy 14 niet genoeg Werk doen.
blanke officier:
16Myn Heer, hoe wil je dat ik met haar doen zal?
directeur:
18Vraag je zoo een Gekken Zaak, je moest meer slaan als je 19 doed, dat wil ik hebben.
blanke officier:
21Hoe zal ik iemand slaan die geen kwaad doed?
directeur:
23Jou kwaaije Blanke Officier, wat denk je wel, ik geloof dat 24 je een beste Maat van haarluy bint.
blanke officier:
26Gij moet myn niet schelden, ik ben geen Neeger van jou.Ga naar voetnoot26
directeur:
28Gaa na jou Kamer, ik wil niet meer met je spreeken. | |
[pagina 226]
| |
directeur:
2Hoe zanti fadom de na bakke buy?
jongen:
4Mastra mi vredi fo takki.
directeur:
6Takki jussena; offe no zo, mi za kieli joe, mi zweri.
jongen:
8Mastra, Aurora de go na koekeroe, kaba voete missi, a brokke 9 da pletti, metti fadom na dotti.
directeur:
11Hoe zanti ono memere? Na hede da homan dom leki kauw, 12 mi za pai hem fo bon. 13Da tem mi jam kaba, joe buy go kalli bassia, poele jam jam.
jongen:
15Mastra piepa de.
directeur:
17Da tem Koridon kom bakke, joe moese takki a locke bonGa naar voetnoot17 18 na glasi; takki na bassia a tey da Aurora fo gi da homan wan 19 spaansze bokke lange tameryn tiki. Mi go slibi, da tem mi 20 wekki bake mi za takki hem sleffi. | |
[pagina 227]
| |
directeur:
2Jongen wat vald daar agter?
jongen:
4Meester, ik vrees om het te zeggen.
directeur:
6Zeg aanstonds, of anders zal ik jou den Hals breeken, dat 7 zweer ik u.
jongen:
9Meester, Aurora ging na de Keuken en haar Voet struikelde,Ga naar voetnoot9 10 zoo liet zy het Bord vallen, het Vlees viel op de Grond in 11 de vuiligheid.
directeur:
13Wat denkt zy wel, dat Vrouw-Mensch is zoo dom in haar 14 hoofd als een Koe, ik zal haar voor goed betaalen.Ga naar voetnoot14 15Als ik Gespyst heb, Jongen, roep dan de Officier en neem de 16 Borden weg.
jongen:
18Meester, daar is een Pyp.
directeur:
20Als Koridon weêrom komt dan moet je hem zeggen, dat hy 21 wel op de Zandlooper past en zeg tegen de Officier dat hy 22 Aurora vast bind en dat hy haar een Spaansze Bok geeft;Ga naar voetnoot22 23 ik gaâ wat Slaapen, als ik opstaâ dan zal ik het hem zelf zeggen.Ga naar voetnoot23 | |
[pagina 228]
| |
jongen:
2Bassia, mastra takki joe moese ty Aurora en gi hem wan 3 spaansze bokke. Da tem mastra wikki, a za takke joe sleffi.
zwarte officier:
5Da masra no lobi wan zanti likki spaansze bokke. A de 6 trobbele mi. [Als de directeur geslapen heeft, laat hij een andere slavin halen in plaats van Aurora.]
directeur:
10Joe buy, go na gron en takki na bassia, Filida kom na hosse 11 fo trom hosse homan na plessi fo Aurora.
filida:
13Mastra mi de, da bassia takki mi za go na mastra fo locke 14 koekeroe worke.Ga naar voetnoot14
directeur:
16Filida, da bassia no takki retti na joe. Mi wandi joe za trom 17 hosse homan na plessi Aurora.
filida:
19Mastra, mino zabi da worke. Hoe zan mi za doe?Ga naar voetnoot19
directeur:
21Mi za zorre joe da worke. Anno ogeri. Homan de na hosse 22 habbe alletem morre bon lieke fiele homan: den kiesi zwiti 23 jam jam, kaba den de slibi lange mi. Da no bon zanti?
filida:
25Mastra mi no lobbi zo, mi habi man. | |
[pagina 229]
| |
jongen:
2Officier, onze Meester zeid dat je Aurora moet vast binden 3 en geeven haar een Spaansze Bok, als hy Wakker word, zal 4 hy het u zelf zeggen.
zwarte officier:
6Die Meester houd anders niet als van slaan, hy plaagt my wat.
directeur:
8Jy Jongen, gaâ reis na de Grond en zeg teegen de Officier,Ga naar voetnoot8 9 dat hy in plaats van Aurora my stuurd Filida om het Huis-10Werk te doen.
filida:
12Meester hier ben ik, de Officier stuurd myn hier om het 13 Keuken-Werk te doen.
directeur:
15Filida, de Officier heeft u niet wel beduid, ik wil dat je een 16 Huis-Meid word, in plaats van Aurora.
filida:
18Meester, dat Werk verstaan ik niet.Ga naar voetnoot18
directeur:
20Ik zal je dat Werk wel wyzen, het is niet kwaad, de Meiden 21 in het Huis hebben het altyd beeter als in de Grond, zy Eeten 22 lekker Eeten en zy Slaapen by myn; is dat geen goeije Zaak?
filida:
24Meester daar ben ik geen Liefhebster van, ik heb een Man. | |
[pagina 230]
| |
directeur:
2Joe blake jurka, joe takki no? Pikien morre mi hatti bron, 3 mi za gi joe lange joe man wan spaansze bokke. Jussena go 4 na joe worke, in na netti kom na mi of mi zweri mi brokke 5 joe hede.Ga naar voetnoot5
filida:
7Ke mastra, mi no kan doe zoo zanti. Offe mi man jerri datti, 8 da wan krommatie negere, a za kiele hem zlifi. Da morre 9 ogeri.
directeur:
11Hoe fassi, joe man da granman vo joe? Offe joe man op 12 wan moffe, mi za pay hem lange wippi. Joe Fielida, doe zoo 13 likki mi takki; of no zo ogeri za fadom na joe hede tappe. 14 Goe we! [Na enige tijd gaat de directeur slapen.]
directeur:
17Joe buy, kili kandele, mi go slibi. Tamare zon kommote, 18 joe wikki mi.
filida:
20Pikien buy, mastra slibi alretti?
jongen:
22Ai, grande we a go na kamere.
directeur:
24Hoe zomma de na mi hankmake?
filida:
26Da mi Filida, mi kom na mastra. | |
[pagina 231]
| |
directeur:
2Jou Zwarte Duivel, zeg je neen? Maak niet dat ik kwaad 3 word, of ik geef jou en je Man een Spaansze Bok. Gaâ aan-4stonds na jou Werk en kom van Nagt by myn, of ik zweer 5 je dat ik u de Kop zal breeken.
filida:
7Heer Meester, zulks kan ik niet doen, want als myn Man 8 dat hoorden, dat is een Kormantynsze Neeger, hy zou zigGa naar voetnoot8 9 zelf aan kant maaken, wat kwam my over.Ga naar voetnoot9
directeur:
11Wel hoe! is je Man Koning over jou? Als hy maar een Mond 12 open doed zal ik het hem met de Zweep verleeren en daar-13om doe zoo als ik u zeg, of anders zal het kwaad op u Kop 14 uitvallen. Gaâ heen.!
directeur:
16Jongen, Snuit de Kaars uit, ik gaâ Slaapen; als de Zon op-17komt dan moet je myn roepen.
filida:
19Klynen Jongen, Slaapt onze Meester al?
jongen:
21Ja hy is al lang na zyn Kamer gegaan.
directeur:
23Wie is daar aan myn Kooi?
filida:
25Ik Filida kom by je Meester. | |
[pagina 232]
| |
directeur:
2a Bon, go lydom na pappaja tappe.
lukresia:
4Zon komotte, buy, hoe fa joe no kalli mastra?
jongen:
6Mastra zon kommotte.
blanke officier:
8Bon mamantim myn heer, mi zi na fili wan negere no deGa naar voetnoot8 9 na hem worke.
directeur:
11Hoe zomma datti?
blanke officier:
13Da da kromanti neger.
directeur:
15Go locke na hem hosse, jarri hem kom.
blanke officier:
17Myn heer a de, a takki hem no wandi worke morre.
directeur:
19Hoe fassi joe no wandi worke morre? Fo zan hede?
diki:
21Mastra, koorsze de hele netti na mi, ti nou.Ga naar voetnoot21
directeur:
23Offe joe habe koorsze, hoe fa joe no kom na mi; mi za zorre 24 joe da koorsze. Hendrik, ty da negere na koffi loos en giGa naar voetnoot24 25 hem wan hondert wipi, bone wan.Ga naar voetnoot25 | |
[pagina 233]
| |
directeur:
2Dat is goed; gaâ hier maar op die Mat leggen.
lukresia:
4De Zon komt op. Jongen, waarom roep je de Meester niet?
jongen:
6De Zon komt op Meester.
blanke officier:
8Goede Morgen myn Heer, ik heb in het tellen gezien, dat 9 daar een Neeger mankeerd die niet op zyn Werk is.
directeur:
11Wat is het voor een?
blanke officier:
13Het is die Kormantynsze Neeger.
directeur:
15Gaâ en kyk reis in zyn Huis en breng hem hier.
blanke officier:
17Myn Heer, daar is hy, hy zeid dat hy niet meer Werken wil.
directeur:
19Om wat reeden wil je niet Werken?
diki:
21Meester, ik heb de heelen Nagt de Koorts gehad tot nou toe.Ga naar voetnoot21
directeur:
23Als je de Koorts hebt gehad, waarom kom je dan niet by 24 myn; ik zal je wyzen wat de Koorts is. Hendrik, bind die 25 Neeger daar met een Touw aan de Balk in de Koffi-Loots en 26 geef hem reis Honderd Zweep-Slaagen. | |
[pagina 234]
| |
dikiGa naar voetnoot1:
2Tanki mastra, mi goede mastra. Ogroe gado, mi za go dide. 3 Da mastra tikki mi wyfi na nitti lange trange han.
fortuin:
5Ogro gado, kabba mastra Hendrik, da negere a go didde.Ga naar voetnoot5
blanke officier:
7Hoe fa a didde?
fortuin:
9Joe no zie a de domele hem tonge na ini nekki? Locke, a 10 lassi al reddi.
blanke officier:
12Hoe zan mi za doe? Da direkteure fo one, hem wandi mi 13 fom da negere zo menni.
fortuin:
15Go mastra Hendrik, takki gi hem.
blanke officier:
17Myn Heer, wan ogeri fadom.
directeur:
19Hoe ogeri datti? Takki.
blanke officier:
21Myn Heer, da negeri diesi joe ben takki mi moe gi hem 22 hondere wipi, a de kry na ini da fom fom: myn heer tikki 23 hem wyfi lange trange hant. Zanti morre hem, a domele 24 tonge na ini nekki, a didde befou mi zabi.
directeur:
26Das notti, takki na hasi man a moese tikki wan hasi en ty 27 da negere na foete, myki a diki wan holle, troy da dubeli na 28 in. Da zo mi za beri dem zomma di kili den sleffi. | |
[pagina 235]
| |
diki:
2Dankje Meester, goeije Meester. Ik zal Sterven. ô! God, de 3 Directeur het myn Vrouw met geweld in zyn Magt gekree-4gen en met geweld heeft hy by haar Geslaapen.
fortuin:
6ô! God, hou op Meester Hendrik, de Neeger Sterft.
blanke officier:
8Hoe Sterft hy!
fortuin:
10Zie je niet dat hy zyn Tong dubbeld in zyn Keel slaat?Ga naar voetnoot10 11 Hy is reeds al Dood.
blanke officier:
13Wat zal ik doen? De Directeur van jou luy wil hebben, dat 14 ik hem zoo veel slaagen geef.Ga naar voetnoot14
fortuin:
16Gaâ heen Meester Hendrik en zegt het hem.
blanke officier:
18Myn Heer, daar is wat kwaad voorgevallen.
directeur:
20Wat voor kwaad is 'er voorgevallen?
blanke officier:
22Myn Heer, ik heb volgens u order die Neeger Honderd 23 Zweep-Slaagen willen geeven en onder het slaan begon hy te 24 Schreijen, dat gy met geweld zyn Wyf ontnoomen had en uit 25 Disperatie sloeg hy zyn Tong dubbeld in zyn Keel en bleef 26 Dood aan het Touw, eêr ik het zag.
directeur:
28Dat is niemendal, zeg aan de Paarden-Knegt dat hy een Paard 29 neemt en bind een Touw aan zyn Poot en sleept hem zoo 30 na het Graf en gooid den Duivel daar in. Zoo zal ik ze Be-31graaven laaten, die haar zelf Kapot maaken. | |
[pagina 236]
| |
blanke officier:
2a Bon myn heer.
directeur:
4Joe buy, hoe zomma kry de na bakke?
jongen:
6Mastra da Filida, a kry hem man lassi.
directeur:
8Kalli Filida.
filida:
10Mastra mi de.
directeur:
12Hoe fa joe de kry zoo?
filida:
14Ke mastra, hoe fa joe kan haksi zo zanti? Joe kili mi man, 15 kaba joe myki den beri hem lange hassi likki wan zomma 16 disi doe gran ogeri. Zomma no mag jarri hem. Da ogeri 17 kwitti na mi hay.
directeur:
19Ogeri na joe hay? Ope wan moffe morre, mi za pay joe 20 retti likki joe man dissi dedde, joe jerri.
filida:
22Mastra, mino kan tappe mi moffe. Joe doe mi ogeri te moesi, 23 joe kili mi man, fo da hedi mi trom zoeta fo joe, da zo mi 24 zal takki.Ga naar voetnoot24
directeur:
26Joe buy, kalli bassia, mikki a kom jussena, poele voete.
zwarte officier:
28Mastra kalle mi? | |
[pagina 237]
| |
blanke officier:
2Heel goed myn Heer.
directeur:
4Jongen, wie Huild daar agter zoo?
jongen:
6Meester, het is Filida over de Dood van haar Man.
directeur:
8Roep Filida reis.
filida:
10Meester, hier ben ik.
directeur:
12Waarom Schry je zoo?
filida:
14Heer Meester, hoe kan je myn zulks vraagen, jy laat myn 15 Man Dood slaan en laat hem Begraaven als een Misdaadiger 16 die op een Hord gesleept word. Mogt hy niet door MenschenGa naar voetnoot16 17 Begraaven worden? Kan ik zulks met goeije Oogen aanzien?Ga naar voetnoot17Ga naar voetnoot17
directeur:
19Praat jy nog dat jy dat met geen goeije Oogen kan aanzien! 20 Doe jou Mond nog reis oopen, zoo zal ik jou net zoo Be-21taalen als jou Man die Dood is, hoor je dat.
filida:
23Meester, ik kan niet zwygen, jy hebt myn te veel kwaad ge-24daan, myn Man Dood geslaagen, enkel uit oorzaak om myn 25 tot u Hoer te houwen; dat zal ik zeggen.
directeur:
27Jongen, loop zoo hard als je kan en roep de Officier, aanstonds 28 moet hy koomen.
zwarte officier:
30Meester, roep je myn? | |
[pagina 238]
| |
directeur:
2Bassia, go locke Filida, a gi mi trange moffe, jussena jarri da 3 homan, a moese habi paiman.
zwarte officier:
5Mastra mi locke alle plessi, mino kan finde da homan. Mi 6 miti wan buy de na passi, da buy takke hem zi Filida ron go 7 na bossi, a takki kro buy na hem, mi locke na da bossi, miGa naar voetnoot7 8 no zi foete fo hem.
directeur:
10a Bon bassia, joe myki mi voele; takki morre betere, joe noGa naar voetnoot10 11 wan jarri da homan.Ga naar voetnoot11
zwarte officier:
13Mastra, mi zweri gado mino zi hem.
directeur:
15Go na fili, mikki den dore da pisi hessi. [De slaven waarschuwen de eigenaar, nadat de Directeur een neger zonder pardon heeft neergeschoten. De eigenaar wordt door Lukresia begroet.]
lukresia:
20Odi myn heer, hoe fa joe tan? Gran tanki fo myn heer a 21 komija fo loeke da pranasie wan trom.Ga naar voetnoot21
eigenaar:
23Hoe ply da mastra de?
lukresia:
25Anno de na hosse, a go we lange den bakkera disi ben de ja. | |
[pagina 239]
| |
directeur:
2Haal my immediaat Filida. Ik zal haar Betaald zetten, dat zy 3 myn kwaad bescheid geeft.
zwarte officier:
5Meester, ik heb overal gekeeken en ik kan haar niet vinden,Ga naar voetnoot5 6 maar ik ben een Jongen teegen gekoomen, die had haar ge-7zien, die zei myn dat ze hem Genagt zei en in het Bos liep, 8 zoo hard als ze kon. Ik heb wel over-al in het Bos gekeeken 9 of ik ook Voetstappen zag, maar ik zag niemendal.
directeur:
11Heel wel, jy Bedriegt myn; zeg liever dat je haar niet brengen 12 wil.
zwarte officier:
14Meester, ik zweer u by God, dat ik haar niet gezien heb.
directeur:
16Gaâ na het Veld en maak dat ze dat stuk Land gaauw gedaan 17 krygen.
lukresia:
19Goeden Dag myn Heer, hoe Vaard uwe al. Ik Bedank uw met 20 een, dat je zoo goed bent en bekykt de Plantagie eens.
eigenaar:
22Waar is de Directeur?
lukresia:
24Hy is uitgegaan met de Blanken, die hier geweest zyn. | |
[pagina 240]
| |
eigenaar:
2Hoe bakkera datti?
lukresia:
4Myn heer, foele bakkera ben de ja kaba; den jam, den drinki, 5 den myki plysiri morre na drie de na bakke makanderen.
eigenaar:
7Hoe ply da bakkera bassia?
lukresia:
9a De na file.
eigenaar:
11Zende wan zomma fo go kalli hem.
aminbaGa naar voetnoot12:
13Myn heer, mi za ron go kalli da bassia. 14 Mastra Hendrik, ron go hessi na hosse, gran mastra ben dooreGa naar voetnoot14 15 na pranasie, a de tan locke joe.
blanke officier:
17Odi myn heer, hoe fa joe tan?
eigenaar:
19Mi de bon, hoe fa joe tan?
blanke officier:
21Mi de zo zo, hoe fa myn heers wyfi tan? Mi ben jerri a de zikiGa naar voetnoot21 22 pikien.
eigenaar:
24a Ben ziki pikien, bekassi wi jerri zo takkere nuws fo pranasie 25 poli kwetti, kaba negere noefe go we na bossi. Fo da hede mi 26 wyfi ben ziki. Hoe fa zanti de wakke na pranasie? Myki mi 27 jerri na joe moffe, mino kan blibi alle da takki den negere 28 ben doe na mi. | |
[pagina 241]
| |
eigenaar:
2Met wat voor Blanken?
lukresia:
4Myn Heer, daar zyn veel Blanken geweest en die hebben hier 5 drie Daagen en drie Nagten agter malkander Vroolyk ge-6weest, met Eeten en Drinken.
eigenaar:
8En waar is de Blanke Officier?
lukresia:
10Die is in het Veld.
eigenaar:
12Zend 'er een na toe die hem roept.
aminba:
14Myn Heer, ik zal gaauw loopen en roepen de Officier.Ga naar voetnoot14 15 Meester Hendrik, loop gaauw na Huis, onze groote Meester 16 is op de Plantagie gekoomen en hy staat jou te wagten.
blanke officier:
18U Dienaar myn Heer, hoe staat het met u Gezondheid?
eigenaar:
20Ik ben Gezond. Hoe staâ jy 'er meê?
blanke officier:
22Dat is zoo wat. Hoe Vaard u Beminde? Ik heb gehoord dat 23 ze wat onpaszelyk is.
eigenaar:
25Dat komt Hendrik, dat zy zulke slegte Tyding van de Plan-26tagie hoord, dat hy heel bedorven word en dat daar zoo veel 27 Neegers zyn na het Bos geloopen, daar komt haar Ziekte van 28 daan; laat ik het nou reis uit uw Mond hooren! Hoe is dat, 29 want ik kan dat allemaal niet gelooven, dat de Neegers myn 30 verteld hebben. | |
[pagina 242]
| |
blanke officier:
2Myn heer, mino wandi toli. Offe myn heer plessi, joe locke 3 na joe goede sleffi, joe hay zal zi offe da troe offe da no troe.
eigenaar:
5a Bon, hoe ply da dirkture?
blanke officier:
7Mino zabi, anno takki na mi.
jongen:
9Myn heer, da dirkture de kom.
eigenaar:
11a Bon buy, hem kom wan wan?
jongen:
13Ai myn heer, a de wan wan.
directeur:
15Odi myn heer, hoe fa joe tan lange missi?
eigenaar:
17Mi bon, joe bon toe?
directeur:
19Ai myn heer, mi de haffe haffe. 20 Hendrik, hoe zan joe doe na hosse?
blanke officier:
22Myn heer ben kalle mi.
directeur:
24Myn heer, da no bon joe kale wan bakkera bassia fo kom na 25 hosse da tem mino de. Da no maniri fo pranasie, kaba joe 26 go ronboute da pranasie, joe loeke alle zanti krien krien. | |
[pagina 243]
| |
blanke officierGa naar voetnoot1:
2Myn Heer, ik wil niet graag een Verklikker weezen; als het 3 u Blieft, weest zoo goed en ziet het zelf; het is uw eige Kapi-4taal, dan hoeft gy niemand te gelooven en dan zult gy best 5 zien of het Leugen of Waarheid is.
eigenaar:
7Het is goed. Waar is de Directeur?
blanke officier:
9Ik weet het niet, hy heeft het my niet gezegd.
jongen:
11Myn Heer, daar komt de Directeur aan.
eigenaar:
13Heel goed Jongen. Komt hy alleenig?
jongen:
15Ja myn Heer, hy is alleen.
directeur:
17Goeden Dag myn Heer, hoe Vaard UE. en uw Vrouw al?Ga naar voetnoot17
eigenaar:
19Ik ben Gezond. Uwe ook?
directeur:
21Ja myn Heer, dat is zoo wat, zoo wat. 22Hendrik, wat doe jy hier aan Huis?
blanke officier:
24Myn Heer heeft myn laaten roepen.
directeur:
26Myn Heer, dat is niet goed, laat je de Officier roepen als ikGa naar voetnoot26 27 niet Thuis ben? Dat is geen manier op Plantagies en booven-28dien gaat uwe de Plantagie rond Kuijeren om alles te bekyken 29 in de Grond. | |
[pagina 244]
| |
eigenaar:
2Joe mandi mi doe dati? Fo hoe zomma da pranasie, fo joe 3 offe fo mi? Mi moe haksi dati befossi na joe? Kaba joe poli da 4 hele pranasie, joe kili mi negere, joe hoendi morre na toe ten 5 tien na bossi, mi no za locke na mi goede?
directeur:
7Hoe zomma takki zoo?
eigenaar:
9Mi sleffi takki. Kaba mi hay zie morre ogeri. Offe joe myki 10 mi hatti bron, mi za go na fiskale fo takki joe zocte wan 11 negere didde.
directeur:
13Gi mi mi payman, mi za kommotte na joe pranasie. [Als de Directeur verdwenen is komen de negers vragen, of ze de traditionele begrafenisfeesten mogen houden, die voordien niet waren toegestaan door de Directeur.]
zwarte officier:
18Tanki tanki myn heer, wi wan beri da homan disi ben lassi 19 estre de na dinatim.
eigenaar:
21a Bon bassia.
zwarte officier:
23Hoe ply oenne de? Da tem fo go beri. Potti klossi na kissi fo 24 didde zomma. Den zomma wan zi da didde homan, a moes 25 kom hessi. Wi zel go tappe da kissi. Da tem, da tem! | |
[pagina 245]
| |
eigenaar:
2Ben je daar kwaad om, dat ik dat gedaan heb? Van wie is 3 de Plantagie, van jou of van myn? Moet ik dat aan jou eerst 4 vraagen? Je hebt myn heele Plantagie bedorven en myn 5 Neegers Gedood en meer dan twintig na het Bos gejaagd, en 6 dan mag ik nog niet na myn Goed kyken?
directeur:
8En wie zeid dat?
eigenaar:
10Ik zeg het zelf, myn Oogen hebben nog meer gezien; maak 11 niet dat ik kwaad word of ik geef het aan de Raad Fiscaal te 12 kennen, dat je een Neeger Dood Geschooten hebt.Ga naar voetnoot12
directeur:
14Geef my myn Geld, ik gaâ van je Plantagie of.Ga naar voetnoot14
zwarte officier:
16Myn Heer is het geoorloofd, wy wouwen die Neegerin 17 Begraaven die Gisteren Gestorven is.
eigenaar:
19Heel goed Officier.
zwarte officier:
21Waar bin je lui? Het is Tyd om te Begraaven. Doe het Linnen 22 in de Kist. Die de Overleedenen nog zien wil, die moet 23 koomen. Wy zellen de Kist toedoen, want het is onze Tyd 24 om te gaan. | |
[pagina 246]
| |
anna:
2Ga naar voetnoot1A jusi, konetti ziza, wakke bon, takki alle zomma odi, myki 3 joe wakke hessi na passe. Korbuy, mi nem ziki. Gado za 4 helpi joe.
zwarte officier:
6Tappe kissi, myki wi go. Mastra negere, oenno zikkesi zommaGa naar voetnoot6 7 ope da homan. Hoe ply den homan lange negere alle? OennoGa naar voetnoot7 8 wakke na hippi, kry man moe wakke na fessi, oenno no ver-9giti wan zanti. Kongo, kongo!Ga naar voetnoot9
zangers:
11Da zo wi jarri didde zomma go, mi jan do; wi zarri fo joe,Ga naar voetnoot11 12 alle da joe go lassi zo; na tra moen wi za troy watere moffe 13 gi joe joe no dry; trokke man lassi; ò! mi jan do. Zo alle tem.Ga naar voetnoot13
zwarte officier:
15Potti na gron, gi mi klossi, doe aber kissi, kotti da klossi lange 16 neffi, krassi abere, potti na ini gron, potti dotti bon na tappe.Ga naar voetnoot16 17 Kaba, kaba, a bon zo. | |
[pagina 247]
| |
anna:
2Genagt Zuster, goede Reis en zeg al die jou teegen koomenGa naar voetnoot2 3 van ons Gendag. Maak dat je de Reis gaauw aflegd. Ik benGa naar voetnoot3 4 Naam-Ziek van jou. Nogmaals Genagt, God zal u helpen.Ga naar voetnoot4
zwarte officier:
6Doe toe de Kist, laat ons gaan en neemt met jou zeszen de 7 Kist op. Waar zyn al de Neegers en Negerinnen? Loop 8 jylui by hoopen agter het Lyk en de Huilders voor uit enGa naar voetnoot8 9 vergeet jelui niemendal. Kom an, loop voort!
zangers:
11Zo brengen wy onze Dooden weg, myn Jan Dood, en zynGa naar voetnoot11 12 Inwendig Bedroefd, dat gy ons verlaat. In de andere Maand 13 zellen wy jou Waater brengen voor uw Dorst. Onze Voor-14zanger heeft het afgeleid. ô! Myn Jan Dood, enz.Ga naar voetnoot14Ga naar voetnoot14
zwarte officier:
16Stryk regt by de Kuil neêr en geef myn het Laaken en leg 17 dat over de Kist. Neemt u Mes en doed allemaal schuine 18 sneejen in het Laaken. Laat nou de kist in de Kuil en smyt 19 daar Aarde op. Hou op, zoo is het gedaan. | |
[pagina 248]
| |
zilifaGa naar voetnoot1:
2Bassia, wi no za gi jam jam lange drinki na den didde zomma, 3 disi wi ben beri fo wikki passa alredi?Ga naar voetnoot3
zwarte officier:
5Ai, wi za doe wan trom. Hoe ply jam jam lange drinki, 6 pletti lange kallebassi fo didde zomma?
zilifa:
8Bassia, a de alle zanti.
zwarte officier:
10a Bon, oenno go ziddom na tappe da didde zomma, jamGa naar voetnoot10 11 drinki billi foele, pree toe, troy pikien. Onno locke hoe fa 12 mi doe. Ziza, jam jam de, drinke toe, a bossi mi hatti lobbi,Ga naar voetnoot12 13 a bossi fo alle zomma, takki Diki odi lange Koridon lange 14 Januari. Konetti konetti, mi hatti lobi, konetti fo alle mastraGa naar voetnoot14 15 negere, wakke bon. Onno brokke pletti lange kallebassi naGa naar voetnoot15 16 hondere pisi. Kaba kaba, mastra negere, a noefe zo. Da tem 17 fo trom go na hosse bakke. | |
[pagina 249]
| |
zilifa:
2Officier, zellen wy nou met een Eeten en Drinken geeven 3 aan die Dooden, die wy over Vier Weeken Begraaven 4 hebben?
zwarte officier:
6Ja dat zellen wy met een doen. Waar is het Eeten en Drinken 7 en de Borden met de Kallebaszen van den Overleedenen?Ga naar voetnoot7
zilifa:
9Daar is het altemaal.
zwarte officier:
11Heel goed, gaâ zitten, allemaal booven op de Dooden. Eet 12 en Drinkt en weest Vroolyk. Strooi wat Eeten en Drinken 13 op het Graf. Zie hoe ik doe. Zuster, daar heb je Eeten en 14 Drinken. U Gezondheid Hartje Lief van ons allemaal; en 15 zeg Diki en Koridon en Januari Genagt. Nogmaals van onsGa naar voetnoot15 16 alle Genagt Hartje Lief en verder goede Reis. Breek nou de 17 Borden en Kallebaszen aan honderd stukken. Zoo is het 18 Goed. Nou is de Ceremonie gedaan en wy gaan na Huis. |
|