De werken van Vondel. Deel 10. 1663-1674

[p. 659]

Op Bartholomeus Abba, Poëet en Rechtsgeleerde.aant.^*

EA SOLA VOLUPTAS.

Dus maelt men Abba, die zijn lust schept in de blaên,
En Rechtgeleertheit van den Vorst Justiniaen.
Die wapens handelt, en de boogh van Febus vedel,³
Gehuwt aen Poëzy, en zanglust braef en edel.⁴
Zoo steekt een eedle geest alle andre geesten aen.⁵

* Van 1673. - Volgens de tekst in Vondels Poëzy 1682 I, blz. 589.
Opschrift: Bartholomeus Abba (1641-1684), zoon van de vermogende Amsterdamse brouwer Cornelis Abba, promoveerde in 1666 te Harderwijk tot doctor in de beide rechten. Hij vestigde zich daarna in zijn geboortestad maar heeft zich blijkbaar met de rechtsgeleerde practijk weinig ingelaten. Van Dec. 1672 tot 1674 was hij vaandrig der burgerij en liet zich toen in uniform conterfeiten. Op dit portret, dat niet is teruggevonden, zal Vondel's gedicht slaan. Reeds als student maakte Abba naam als dichter; toen hij zijn geld had doorgebracht, leefde hij van het maken van gelegenheidsdichten. Vrijwel zeker behoorde hij tot de veertien dichters die Vondel ten grave droegen, en in verband hiermee vervaardigde hij het tweetal grafschriften op Vondel, aangebracht op de zilveren penningen die aan deze veertien werden vereerd. Zie Mr. H.F. Wijnman, Mr. Bartholomeus Abba (1641-1684) in Haagsch Maandblad van Juli 1935, 12e jrg.
Het motto, ontleend aan Aeneïs VIII, 581 (aldaar: mea etc.), werd door Vondel vertaald (deel 6, blz. 866): Mijn eenigh vermaeck.

3 handelt: hanteert; boogh: gebogen strijkstok (Ned. Wdb. III, 388); Febus vedel: de viool van Apollo. Blijkens de volgende regels: - het instrument begeleidt het gezongen lied - zal dit wel slaan op zijn beoefening van de muziek.

4 braef: voortreffelik (Ned. Wdb. II, 936).

5 Zo gaat één talent gepaard met alle andere.