De werken van Vondel. Deel 4. 1640-1645

[p. 214]

Joost vande Vondel.aant.^*

Sandrart heeft VONDEL dus naar 't aenzicht uitgedruckt,

Niet zijn gedachten; want die waren wech-geruckt,

Verslingert op d'aeloude en bloende treurtooneelen,³
Om ernstigh af te zien, wat rol d'uitheemschen spelen.⁴

Vint niemants brein in bloet noch gal noch tranen smaeck,⁵

Hy leeft in treurdicht. ay, vergun hem dat vermaeck.

I.V. Vondel.

* Van omtrent 1641. Afgedrukt volgens het onderschrift van de gravure door Theod. Matham naar Sandrart's bekende tekening van Vondel als kniestuk, zittende in een armstoel, met een rol in de handen, hier gegeven als titelportret van Dl. 1.

3 Verslingert op: verliefd op; bloende: bloedende, bloedige.

4 ernstigh: ijverig; uitheemschen: zijn Griekse voorgangers.

5 gal: bitter verdriet.